vrijdag 28 september 2012

Wereldwijd Moslimprotest tegen de VS: extremisme of legitiem verzet?

      
Bangladeshi Muslims burning a U.S. flag during a protest in Dhaka, against the film “Innocence of Muslims.” (AP Photo/A.M.Ahad)

“De aanvallen in Benghazi waren niet alleen gericht tegen Amerika, maar ook tegen de idealen van de VN. Om die te verdedigen moeten we ons eerlijk uitspreken over de onderliggende oorzaken van de crisis. Wij hebben de metamorfose van het Midden-Oosten gesteund omdat vrijheid en zelfbeschikking voor ons universele waarden zijn. Amerikanen waren overal ter wereld bereid hun leven te geven ter verdediging van het recht op vrije meningsuiting, zelfs als die mening haaks stond op de onze. Wij proberen niet de democratische hervormingen naar onze hand te zetten, maar trekken ons niet terug. We blijven bondgenoten steunen en staan open voor economische samenwerking. Maar onze initiatieven moeten wel stoelen op gedeelde belangen en wederzijds respect. Voor ons hebben corrupte leiders die zich de natuurlijke rijkdommen van hun land toe-eigenen geen toekomst.
 
In Syrië heeft een leider die zijn eigen bevolking afslacht geen toekomst. Maar wat begon als een volksprotest moet niet ontaarden in sektarisch geweld. Wij steunen hen die een verenigd Syrië nastreven, waar Soennieten en Sjiieten, Koerden en Christenen, gelijke burgerrechten hebben. Daar zullen we onze pijlen op richten. Syriërs die er zo over denken hebben wat ons betreft het recht om de leiding op zich te nemen. In Iran zien we waar een gewelddadige en ontoerekenbare ideologie toe leidt. Iran kijkt terug op een opmerkelijke en eeuwenoude geschiedenis. Vele Iraniërs willen leven in vrede en voorspoed met hun buren. Maar de Iraanse overheid beperkt niet alleen de rechten van haar eigen bevolking, zij houdt ook een dictator in Damascus overeind en steunt buitenlandse terroristische groeperingen. Steeds weer blijft zij in gebreke om te bewijzen dat haar kernprogramma vreedzaam is.
 
Tijdens mijn presidentschap is de oorlog in Irak beëindigd en een proces opgestart om tegen 2014 ook de oorlog in Afghanistan af te ronden. Al Qaida is verzwakt en Osama bin Laden is er niet meer. Amerika en Rusland krimpen hun kernarsenalen in. In G20-verband werken we aan mondiaal economisch herstel. Het zijn niet de initiatieven van onze leiders maar de mensen die ik tegenkom die mij motiveren. Amerikaanse soldaten die hun leven riskeren voor vreemden aan de andere kant van de wereld of studenten in Jakarta of Seoel die hun kennis ter beschikking stellen van de mensheid. Van welk ras of geloof ook, deze mannen, vrouwen en kinderen geven mij moed. Er is zoveel aandacht voor wat ons verdeelt. Maar als je daar doorheen kijkt zie je dat mensen overal hun lot in eigen hand willen nemen, hun waardigheid aan werk ontlenen, troost putten uit het geloof, gerechtigheid ondervinden als overheden ten dienste staan van hun bevolking en niet andersom. Dat is het streven dat de VS altijd zal blijven steunen.”
 
Dat zijn samengevat enkele essentiële passages uit de toespraak van de Amerikaanse president Barack Obama tijdens de VN Algemene Vergadering op 25 september 2012. In het programma “Confronting the roots of Muslim rage” op Al Jazeera plaatst de Amerikaanse historicus en onderzoeksjournalist Gareth Porter enkele kanttekeningen bij het betoog van de president. Tot tweemaal toe wees Obama op de noodzaak van een “eerlijk debat over de spanningen tussen het Westen en de zich democratiserende Arabische wereld”. Maar volgens Porter was het Witte Huis nooit bereid zich te buigen over het wijdverbreide gevoel dat de VS zich tegen de Islam heeft gekeerd. Die gevoelens bestaan wel degelijk en zijn uitvoerig gedocumenteerd in verschillende opiniepeilingen. Vreemd genoeg stelde Obama in 2008 als presidentskandidaat al dat gekeken moest worden hoe het Amerikaanse buitenlandse beleid inwerkt op Islamitische sentimenten, aldus Porter, die waarschijnlijk Obama’s toespraak in Berlijn op 24 juli 2008 bedoelt. Eenmaal in het Witte Huis bekommerde de president zich niet meer om de onderliggende oorzaken.
 
De toespraak van de president verschilt maar weinig van zijn andere speeches over het Amerikaanse buitenlands beleid. Die schilderen de VS af als een Witte Ridder die opkomt voor democratie en vrijheid in de wereld, terwijl sinds de Koude Oorlog in werkelijkheid het beleid wordt gestuurd door het imperialistische machtsstreven. Porter zegt dat zo’n voorstelling van zaken enkele belangrijke feiten onvermeld laat. Zo steunen de VS zonder scrupules repressie van bevolkingen als dat in hun kraam te pas komt. Egypte onder Mubarak en Iran onder de Shah zijn daar goede voorbeelden van. De bevolking die het slachtoffer was is die steun bepaald niet vergeten. Daarmee is tevens een stuk van het Amerikaanse verlies aan geloofwaardigheid in de wereld verklaard. De VS willen helemaal geen democratisch verkozen regeringen. Die verkiezingen kunnen immers “verkeerd” uitpakken, zo’n regering steunt veelal het Amerikaanse beleid niet, een ontwikkeling die we vandaag in Egypte zien waar een Islamitische regering aan de macht kwam.
 
Dat Amerikanen overal ter wereld altruïstisch bereid zijn hun leven te geven ter verdediging van het recht op vrije meningsuiting zal maar weinig weerklank vinden in de Islamitische wereld, en al evenmin in Amerika zelf, zo meent een nuchtere Porter. Het idee dat Amerika militair optreedt om locale geschillen te helpen oplossen is wel erg ver gezocht. De Amerikaanse acties zijn veelal uiterst agressieve contraterrorisme operaties die worden aangestuurd vanuit het Witte Huis zonder enige vorm van rekening en verantwoording. Op de achtergrond opereren de CIA en het Pentagon, organisaties die zeer sterke gevestigde belangen verdedigen. In de passages over Iran introduceert de president voor Porter nieuwe en uiterst vreemde retoriek: Iran houdt er een “gewelddadige en ontoerekenbare ideologie” op na. In een situatie waarin Iran wurgende sancties moet ondergaan en langs alle kanten militair wordt bedreigd, maar nog altijd onderhandeld wordt, is dit soort retoriek zonder meer stuitend.
 
Voormalig CIA-medewerker Ray McGovern meent dat de antipathie tegen de VS vooral voortkomt uit de nauwe vereenzelviging van de VS met Israel en het besef dat het agressieve Israëlische beleid tegen de Palestijnen en de buurlanden maar mogelijk is dankzij de steun van Washington. Ook wijst McGovern op het verslag van de 9/11 Commissie van 2004, waaruit blijkt dat de animositeit tegen de VS van Khalid Sheikh Mohammed, die de aanslagen zou hebben georganiseerd, voortvloeit uit zijn verzet tegen het VS-beleid dat Israel bevoordeelt. En een doodgezwegen rapport van de Defense Science Board zegt: “Moslims hebben niet een hekel aan onze vrijheid, maar aan ons beleid. De overgrote meerderheid spreekt zich uit tegen wat zij zien als de eenzijdige steun aan Israel en tegen rechten voor de Palestijnen, en de duurzame, toenemende steun aan wat Moslims collectief zien als tirannieën, vooral die in Egypte, Saudi Arabië, Jordanië, Pakistan en de Golfstaten. Wanneer Amerika dus spreekt over het brengen van democratie in Islamitische samenlevingen wordt dat gezien als niets anders dan zelfbedieningshypocrisie”.
 
Het Amerikaanse optreden in het Midden-Oosten lijkt te kaderen in een brede strategie. Voormalig presidentskandidaat generaal Wesley Clark deed daar op 2 maart 2007 op Democracy Now een boekje over open. Het plan was om de regeringen in zeven landen omver te werpen: Irak, Syrië, Libanon, Libië, Somalië, Soedan en Iran. Clark citeerde daarbij een uitspraak uit 1992 van Paul Wolfowitz, de belangrijkste architect van het beleid van George W. Bush: “[Van de Golfoorlog] hebben we geleerd dat we ons leger in het Midden-Oosten kunnen inzetten zonder tegenkanting van de Sovjets. We hebben vijf tot tien jaar om de vroegere Sovjetregimes te ontmantelen - Syrië, Iran en Irak - voor de nieuwe supermogendheid aantreedt om ons tegen te houden”.

Het plan-Wolfowitz lijkt nog maar weinig gevorderd te zijn: de nieuwe regering in Irak loopt niet in het gareel van de VS, en Iran en Syrië staan dan wel zwaar onder druk, maar tonen zich bijzonder veerkrachtig. Soedan is gesplitst, Somalië heeft een nieuwe regering, in Libanon is Hezbolla nog altijd een regionale machtsfactor van belang en Libië wordt verscheurd door sektarische tegenstellingen. De vraag is of de volkswoede de Amerikaanse plannen voor het Midden-Oosten definitief kan doorkruisen. Mogelijk kan het volksverzet ook Rusland en China aanzetten om hun rug in de Veiligheidsraad recht te houden. Per saldo kan het nieuwe Egyptische zelfbewustzijn de doorslag geven in het ontstaan van nieuwe machtsverhoudingen in het Midden-Oosten. De uiterst belangwekkende - maar door de internationale media doodgezwegen - toespraak van de nieuwe president Mohammed Morsi op de VN Algemene vergadering van 26 september 2012 laat aan duidelijkheid niets te wensen over. Enkele citaten:

over de international ambities van Egypte:
“The New Egypt is determined to regain its standing among nations, and assume an effective role in global issues, stemming from the will of its people, as well as the legitimacy on which its regime is founded.”

over het Israel-Palestina conflict:
“The first issue which the world must exert all its efforts in resolving, on the basis of justice and dignity, is the Palestinian cause. Long decades have passed since the Palestinian People expressed their longing for restoring their full rights and for building their independent state, with Jerusalem as its capital. Despite their continued struggle, through all legitimate means to attain their rights, and despite the acceptance by their representatives of the resolutions adopted by the international community as a basis for resolving its problems, this international legitimacy remains unable until now to realize the hopes and aspirations of the Palestinian people. The resolutions remain far from being implemented.”

over Syrië:
“Egypt is committed to pursue the sincere efforts it has been exerting to put an end to the catastrophe in Syria, within an Arab, regional and international framework. One that preserves the unity of this brotherly state, involves all factions of the Syrian people without racial, religious or sectarian discrimination, and spares Syria the dangers of foreign military intervention that we oppose.”

over Iran en kernwapens in het Midden-Oosten:
“The will of the people, especially in our region, no longer tolerates the continued non-accession of any country [namely, Israel] to the Nuclear Non-Proliferation Treaty and the non-application of the safeguards regime to their nuclear facilities, especially if this is coupled with irresponsible policies or arbitrary threats. In this regard, the acceptance by the international community of the principle of pre-emptiveness or the attempt to legitimize it is in itself a serious matter and must be firmly confronted to avoid the prevalence of the law of the jungle.”

“Egypt stresses the necessity of mobilizing international efforts to hold the conference on achieving a Middle East free of nuclear weapons and all other weapons of mass destruction before the end of the current year 2012, with the participation of all concerned parties without exception. And I say it very clearly: the only solution is to get rid of nuclear weapons, and all weapons of mass destruction. But we also emphasize the right of all countries of the region to the peaceful use of nuclear energy within the framework of the NPT, with a commitment to honor their obligations in this respect and provide the necessary guarantees to the countries of the region so as to remove any doubts surrounding their intentions.”