

De defensie-uitgaven van de VS bedragen $1,2 biljoen, 8% van het BNP. Daarvan is 60% ingeschreven op de defensiebegroting. Naar buiten toe spreekt men over “slechts” $685 miljard (4,6% van het BNP). Daarmee zijn de militaire uitgaven van VS groter dan die van de rest van de wereld bij elkaar. Niemand betwist deze gigantische bestedingen. Die militaire macht moet dus gebruikt worden om Amerikaanse waarden op te leggen. Dat is althans de neoconservatieve theorie. Vandaar Operation Iraqi Freedom en de oorlog in Afghanistan. De VS ziet niet in dat gewapende bekering alleen maar meer vijanden oplevert. De diplomatie volgt een voorspelbaar patroon: eerst verbale agressie en CIA optreden. Als sancties zoals steeds falen is het de beurt aan bommenwerpers en tanks. En zo verliest de VS zijn hegemonie en winnen andere landen aan invloed. En toch blijft de VS de enige macht die wereldwijd militair kan ingrijpen, veilige haven voor investeerders, de belangrijkste reservemunt en veruit de grootste economie en afzetmarkt. Nog altijd niet geëvenaard, maar het verval komt van binnenuit, net als het verlies van het zelfvertrouwen. Het Congres is corrupt, wijdt zich vooral aan douceurtjes namens “speciale belangen”.
Het buitenlandse beleid van de VS is gemilitariseerd. Het land wordt rampzalig geleid door de politiek en heeft tientallen jaren te weinig geïnvesteerd in het overheidsapparaat. Het heeft dilettanten in de buitenlandse dienst die niet in de schaduw kunnen staan van hun buitenlandse collega’s. Op de moeilijkste ambassadeursposten worden geen geschoolde diplomaten benoemd maar gepensioneerde legerofficieren, de militarisering van de diplomatie ten voeten uit. Onderzoek leert dat het buiten-land veel Amerikanen weinig zegt. Het nieuws wordt dus gefilterd, wat de blinde vlekken en stereo-tiepen versterkt. Men stelt geen vragen bij de Amerikaanse vraag naar drugs, de wapenverkopen aan Mexicaanse drugbendes, de subsidies aan Israel, de bezetting van Moslimlanden die de vijandig-heid jegens de VS alleen maar aanwakkert. De afwezigheid van Amerikaans leiderschap baart opzien: de precaire toestand van de dollar, het doodgelopen vredesproces in het Midden Oosten, het tanende respect voor internationaal recht. Ook het verlies aan nationaal zelf-vertrouwen is een probleem. Pessimisme, partijrancune en cynisme zijn troef. Ondertussen steekt China de VS monetair de loef af. Na het mislukken van Doha worden bilateraal en regionaal handelsakkoorden afgesloten, langs de VS om. Het buitenland vaardigt arrestatie-bevelen uit tegen Amerikaanse functionarissen wegens schendingen van het internationaal recht nu de VS verzuimt om dat zelf te doen.

Ambassadeur Chas Freeman volgde Latijns Amerikaanse studies in Mexico. Hij heeft een diploma Chinees van de Foreign Service Institute field school in Taiwan, een BA van Yale en is JD van Harvard Law School. Zijn professionele loopbaan is indrukwekkend: Assistant Secretary of Defense for International Security Affairs (1993-94). Ambassadeur in Saudi Arabië (1989-92). Deputy Assistant Secretary of State for African Affairs (1986-89) tijdens de historische VS bemiddeling tussen Namibië en Zuid Afrika en rond de terugtrekking van Cubaanse troepen uit Angola. Deputy Chief of Mission en Chargé d'Affaires bij de ambassades in Bangkok (1984-1986) en Beijing (1981-1984). Director for Chinese Affairs op Buitenlandse Zaken (1979-1981). Tolk tijdens Nixon's baanbrekende bezoek aan China in 1972. Sinds 1995 bestuursvoorzitter van Projects International Inc., een firma in internationale joint ventures en acquisities.