Posts tonen met het label Koloniale erfenis van het Westen. Alle posts tonen
Posts tonen met het label Koloniale erfenis van het Westen. Alle posts tonen
zondag 7 juli 2019
Hoe wetenschappers kunnen bijdragen aan een oplossing van de kwestie-Palestina
Bethlehem
Checkpoint. Men and women from all over the Southern West Bank stand
in line for hours each morning
on their way to work outside of
Bethlehem. Photo: ‘delayed
gratification’ (flickr)
Terreuraanslagen
en de kwestie-Palestina hangen met elkaar samen. Het plan-Kushner is
de laatste nagel
in de doodskist van een tweestatenoplossing. De alternatieven zijn
apartheid of etnische zuivering. Annexatie
van de Westelijke Jordaanoever overschrijdt
een
Europese rode lijn. Media,
politieke wetenschappers en intellectuelen kunnen het verschil maken.
“De
afschuwelijke terreuraanslagen in Parijs, Beiroet en de
Sinaï
bevestigen
nog eens dat het Israël-Palestina conflict niet los staat de
mondiale terreurdreiging. De stichting van een Palestijnse staat, met
respect voor Israëlische veiligheidsbekommernissen, is van groot
belang, niet enkel voor Israëliërs en Palestijnen, maar voor de
hele regio”. Dat zei
Nickolay Mladenov, speciaal coördinator
van de secretaris-generaal voor het Midden-Oosten vredesproces,
tijdens
een briefing van de leden van de VN Veiligheidsraad op 19 november
2015.
Intussen
piekt het geweld tegen de Palestijnse bevolking, zorgen nieuwe
nederzettingen in Palestijns gebied voor nieuwe feiten op de grond en
lijkt
het
vredesproces
dood
en begraven. Tegelijk loopt
het
aantal terreuraanslagen
en
de
dodentol op. Om er maar enkele te noemen: Brussel, Nice en Berlijn in
2016, Londen, Manchester en Barcelona in 2017, Straatsburg in 2018 en
Nairobi en Christchurch in 2019. Op
een lijst gevaarlijkste brandhaarden in
de wereld zette
de
VRT
in
samenspraak met
de
Nederlandse professor
Ko Colijn “Israël
en Palestina” op
een prominente plaats.
De
situatie bestempelen als 'vrij uitzichtloos’ volstaat niet
Tegen
die achtergrond valt het op dat UAntwerpen-professor
David Criekemans in
zijn recente
boek
wél
uitvoerig
aandacht besteedt aan
het Midden-Oosten en terrorisme, maar de kwestie-Palestina
onbesproken
laat. Dat
kwam ook aan de orde in onze
recensie.
Bij
navraag
wijst
Criekemans
erop
dat hij
het issue niet mijdt, waarbij
hij verwees
naar zijn
optreden
in Terzake rond het Israëlisch scherpschieten op burgers in
Gaza.
Maar
de
kwestie-Palestina
bestempelen
als
'vrij uitzichtloos' is
nog
geen
analyse, nog afgezien van de vraag of massale Europese investeringen
in Oost-Jeruzalem
zinvol
zijn.
Israël
maakt
consequent elke Europese
investering ten
bate van de Palestijnen met
de grond gelijk.
Recent
publiceerde Bert De Vroey een pakkende
historiek
van
wat we best aanduiden als de kwestie-Palestina (de term
‘Israël-Palestina
conflict’
duidt op gelijkwaardige partijen, quod non).
Volgens
Egbert
Talens
kent
De Vroey de kwestie-Palestina prima, maar haakt hij te weinig
in
op de politiek-zionistische trucs
rond
het ontstaan
van
Israël in 1948. Zo laat hij de listig bekokstoofde twee derde
meerderheid voor VN-AV-resolutie 181-II (1947) onvermeld, evenals het
feit dat Ben-Gurion al in 1928 een
great
disaster
nodig
achtte
om in Amerika een beweging op te starten gericht op de
verwezenlijking van het politiek-zionistisch project Joodse
Staat.
En de Oslo-akkoorden leverden geen Palestijnse staat op, maar een
Palestijnse ‘entiteit’, en zelfs daarvan mocht Arafat zich geen
president noemen.
Kushner
slaat de plank mis
De
Vroey’s historiek verscheen juist vóór de presentatie van het
plan van Trump’s schoonzoon Jared Kushner. Over dat plan kunnen we
kort zijn: een economisch plan is het sluitstuk op een politiek plan,
niet omgekeerd. Zoals steeds proberen de Amerikanen iets te doen aan
de levensomstandigheden van de Palestijnen, maar niet aan de
Israëlische bezetting. De Palestijnen stuurden dus hun kat. Die
verwachten niets van een bemiddelaar die 70 jaar Amerikaans beleid
overhoop gooit, Jeruzalem als Israëlische hoofdstad erkent, de
Palestijnse missie in Washington sluit, zowat elke economische en
humanitaire hulp beëindigt en de bezetter aanmoedigt de Westelijke
Jordaanoever te annexeren.
Het
plan-Kushner gaat niet enkel voorbij aan Palestijnse
bekommernissen, maar ook aan wat er leeft onder de Arabische
bevolking. De
kwestie-Palestina is en blijft een centraal
issue
voor Arabieren.
De
Amerikaanse benadering van de regio wordt
gezien als onrechtvaardig. Dat fenomeen stuurt mede de
ontwikkelingen in het
Midden-Oosten: werving
door terreurgroepen,
regionale
instabiliteit, de Arabische
publieke opinie over
de
Verenigde Staten, en zelfs de Amerikaanse nationale veiligheid. Rond
het plan-Kushner is intensief gelobbyd richting Arabische leiders. De
vraag is of die druk zullen uitoefenen op de Palestijnen.
De
alternatieven zijn apartheid of etnische zuivering
Voor
Harvard-professor Stephen Walt komt de kwestie-Palestina op de tweede
plaats van vijf
wereldproblemen, direct na (1)
klimaatverandering,
en
voor (3) “Het einde van de Europese Unie”, (4) “Een nucleaire
crisis met Iran, en (5) “Het sluipend verval van Amerika’s
Aziatische allianties”. Walt ziet
het plan-Kushner als laatste nagel in de doodskist van een
tweestatenoplossing, met enkel slechtere alternatieven: (1)
apartheid, waarbij Israël de Palestijnen elk politiek recht ontzegt,
(2) gedwongen verdrijving, etnische zuivering dus, een misdaad tegen
de menselijkheid en (3) “vrijwillig” vertrek van de Palestijnen
door hen het leven steeds zuurder te maken, sluipende etnische
zuivering dus.
Het
optreden van Trump in het Midden-Oosten leidt
tot toenemend verlies aan steun voor de VS onder de Arabische
bevolking. Europa moet de VS duidelijk maken dat een vredesproces tot
doel heeft geschillen te beslechten, niet onder de mat te vegen. De
EU
moet
in
de kwestie-Palestina zijn verantwoordelijkheid nemen.
Europese landen stonden mee aan de wieg van de staat Israël.
De EU moet Israël
duidelijk maken dat annexatie van de Westelijke Jordaanoever een
Europese rode lijn overschrijdt. Als Israël’s
directe buur en belangrijkste handelspartner heeft de EU voldoende
machtsmiddelen.
Vijf
minuten politieke moed volstaat.
Media,
politieke wetenschappers en intellectuelen maken het verschil
Een
groep
Europese
toppolitici
hebben er bij de EU al
op
aangedrongen om elk plan dat afbreuk
doet aan de
rechten van de Palestijnen te
verwerpen. De
media zouden vaker
en
indringender aandacht kunnen besteden
aan
de kwestie-Palestina. Politieke
wetenschappers die regelmatig in de media verschijnen moeten net als
hun Amerikaanse collega’s John Mearsheimer en Stephen Walt, auteurs
van het boek ‘The
Israel Lobby and U.S. Foreign Policy’ (2007),
de moed hebben om de Israëllobby
te weerstaan. Kritiek op het doen en laten van de staat Israël
is
geen
antisemitisme.
En
men
moet nog geen ‘activist’ zijn om als academicus duidelijke taal
te spreken.
In
2015 sloot een aantal Belgische academici zich aan bij de
Palestinian
Academic and Cultural Boycott of Israel,
onderdeel van de Boycott,
Divestment, Sanctions
(BDS)
campagne tegen de manier waarop Israël
met de Palestijnen omgaat. Zo ontstond de
Belgian
Academic and Cultural Boycott of Israel
(BACBI).
De academische boycot richt zich op Israëls
universitaire instellingen wegens hun steun
aan het
apartheidsregime. De
doelstellingen van BACBI
zijn
duidelijk.
Internationale
druk moet
aan
Israëls
straffeloosheid een
einde maken.
Intussen
hebben 489
Belgische intellectuelen en academici de Beginselverklaring
van
de Belgian
Academic and Cultural Boycott of Israel
(BACBI)
onderschreven.
Voor
zover valt na te gaan heeft
slechts één Belgische
politieke
wetenschapper, de
Gentse hoogleraar
Hendrik Vos, de
verklaring ondertekend.
Er zouden er honderden moeten volgen. Alleen de faculteit
politieke wetenschappen van de universiteit
van Antwerpen kent al 105 docenten, assistenten, onderzoekers en
academische medewerkers. En
de organisatie zou nóg meer aan de weg moeten timmeren.
Wie
volgt het goede voorbeeld van Hendrik Vos?
zondag 31 januari 2016
De oorlog in Syrië en de Europese vluchtelingencrisis
Nu de Syrische oppositie eindelijk heeft ingestemd met deelname aan de vredesbesprekingen in Genève kunnen deze dan toch beginnen. Het overleg zou snel moeten leiden tot een staakt-het-vuren en uiteindelijk tot een einde aan het conflict. Maar aan de vooravond zei niemand minder dan de Amerikaanse vicepresident Joe Biden dat de VS nog altijd klaar staat voor een militaire oplossing. Wat wil Washington nu? Is een politieke oplossing dan toch niet niet essentieel? En leidt die oorlogsretoriek niet tot een conflict met Moskou? Sinds enkele maanden treden de Russen, op verzoek van de legitieme Syrische regering, militair op tegen ISIS en de door het Westen, in strijd met het internationaal recht, geronselde gewapende oppositie.
Genève wordt een schijnvertoning
Sinds 2011, toen voor het eerst werd gepleit voor een onderhandelde oplossing van het conflict, heeft de VS elke vredesonderhandeling gesaboteerd. En het Westen ging in 2012 niet in op een Russische compromisvoorstel waarin de Syrische president Bashar al-Assad zou aftreden. Vandaag moet Assad niet onmiddellijk van het toneel verdwijnen, maar wel op korte termijn. Het is niet de Syrische bevolking die mag uitmaken door wie zij geregeerd wordt. Assad heeft nog altijd een grote aanhang bij de bevolking, en maakt een goede kans om herkozen te worden. Het Westen weet dat, vandaar dat Assad “weg” moet. Het Westen wil een marionettenregering.
De buitenlandse militia's in Syrië
kunnen de verklaring van Joe Biden enkel zien als een signaal om de
strijd voort te zetten, om in Genève geen compromissen te sluiten.
De VS wil blijkbaar dat de proxy-oorlog
doorgaat. Syrië moet
verder worden gedestabiliseerd. Ten koste van nog vele tienduizenden
doden, honderdduizenden ontheemden en een volkomen uit de hand
lopende vluchtelingencrisis in Europa. Genève wordt een
schijnvertoning.
Staffan
de Mistura, de VN-speciaal-afgezant voor Syrië, zei het in alle
openheid: de onderhandelingen zullen lang duren, misschien wel een
half jaar.
De Syrische regering is aan de winnende hand
Doorslaggevend in het conflict in Syrië is de controle over het geïndustrialiseerde westen, het gebied dat Damascus, Homs, Hama, Latakkia en Aleppo omsluit. Het Syrische leger, gesteund door de Russische en Syrische luchtmacht, Iraanse speciale troepen en Hezbollahstrijders langs de Syrisch-Libanese grens maken hier grote vorderingen, een feit dat de Westerse mainstream media volledig verzwijgen. Dat de Syrische overheid geen controle uitoefent over de woestijngebieden in het oosten is geen probleem, met uitzondering van het gebied rond Deir ez-Zur vanwege de oliewinning, maar ook hier kan ISIS zich op termijn niet handhaven. Overigens vraagt niemand zich af hoe ISIS kon ontstaan en waarom dit “monster” blijkbaar kan rekenen op steun bij de bevolking.
Het optreden van de Koerden in het noorden, die met VS-hulp de grens met Turkije afsluiten, draagt bij tot de vorderingen die de Syrische overheid maakt. Hier staan Turkije en de VS tegenover elkaar. Turkije probeert tevergeefs een wig te drijven tussen de Syrische Koerden langs de Turkse grens in het westen en het oosten. De VS kijkt aan tegen een mislukking van zijn Syrië-strategie. Binnen de regering-Obama lijken zich twee kampen af te tekenen: buitenlandminister John Kerry die een diplomatieke oplossing bepleit, en vicepresident Joe Biden die een gewapende overwinning voorstaat. Maar dat is schijn. De twee kampen voeden elkaar, zien in de vredesonderhandelingen een kans om de proxytroepen te hergroeperen. Een houding die enkel leidt tot verlenging van de uitzichtloze strijd en een aanhoudende vluchtelingenstroom.
Supermacht Amerika tegenover opkomend Eurazië/China
De oorlog in Syrie gaat niet tussen Soennieten en Sjiieten, rebellen tegen het leger van Assad. Het Syrische leger bestaat in meerderheid uit Soennieten. Als het echt ging om een Soennitisch-Sjiietisch conflict, dan zou de regering die steunt op Sjiietische Allowieten, nog geen 10% van de bevolking, al lang gevallen zijn. In Syrië botst de tanende macht van het Westen tegen die van de nieuwe zijderoute die China met Afrika, Europa en Azië moet verbinden, met een prominente plaats voor Eurazië, de economische unie tussen Rusland, Kirgizië, Armenië, Wit-Rusland en Kazakstan. De Chinese president Xi Jinping werd recent in Saoedi Arabië, Iran en Egypte met open armen ontvangen. Vooral de Saoedi's zien in een strategische relatie met China een goed alternatief voor de bestaande relatie met wereldmacht Amerika op zijn retour.
De strijd in Syrië gaat om de controle over grondstoffen. Alles draait om de vraag welke van twee pijplijnen het haalt. Als de combinatie Turkije-Saoedi Arabië-Qatar de oorlog in Syrië wint komt er een pijplijn van Qatar naar de Middenlandse Zee en levert Qatar aardgas aan Europa. Blijft Syrië met steun van Iran en Rusland overeind, dan leveren Iran en Irak aardgas aan Europa. Gazprom heeft al interesse getoond om in de pijplijn te investeren, zodat ook Rusland participeert in zo'n project.
Niet-conventionele oorlog met Rusland
Maar zover is het nog niet. In Syrië spelen twee conflicten: tussen de VS en Rusland, en tussen Saoedi Arabië en Iran. In feite is er al geruime tijd sprake van een oorlog tussen de VS en Rusland. Geen conventionele oorlog, maar een oorlog tussen proxies. En economische sabotage, zoals de ineenstorting van de olieprijzen, de sancties, de insinuaties over de dood van de overgelopen Russische geheim agent Alexander Litvinenko om de EU onder druk te zetten de sancties overeind te houden. Alles draait om de vraag wie het monopolie krijgt op gasleveringen aan Europa: Qatar of Iran. Maar dat is slechts een onderdeel van het grote schaakspel: de opkomt van het Oosten, de BRICS, en de afnemende invloed van het Westen.
Voor de prominente Amerikaanse politicoloog Stephen Walt vloeit mondiale invloed deels voort uit competentie, een imago dat de laatste drie Amerikaanse regeringen nu niet bepaald hebben waargemaakt: (1) de strategie om Irak en Iran tegen elkaar uit te spelen droeg bij aan Bin Laden's besluit om de VS aan te vallen, (2) onder Amerikaans toezicht is een twee-staten-oplossing voor het Israel-Palestina conflict de nek opgedraaid, (3) de invasie in Irak was een gigantische blunder waar de wereld nog altijd de wrange vruchten van plukt, (4) de VS-interventies in Libië, Somalië en Jemen hebben ook daar tot mislukte staten geleid, en (5) de VS heeft in Syrië geen glorieus parcours gelopen. Maar anders dan Walt aan het slot van zijn discours stelt wordt vandaag het lot van het Midden-Oosten niet per saldo bepaald door de inwoners, maar door de grootmachten.
Vluchtelingenstroom sinds komst buitenlandse strijders
Regionale grootmachten sluiten zich liever aan bij de opkomende wereldmacht dan bij het oorlogszuchtige Westen. Het Westen ziet die ontwikkeling met lede ogen aan, en kiest voor het destabiliseren, het vernietigen van een staat als Syrië die het maar niet onder controle krijgt. Ziet geen van de strijdende partijen zijn pijplijnen over dat land gerealiseerd, dan is dat voor het Westen een aanvaardbaar alternatief. Liever een permanente oorlog, dan de tegenstander laten winnen. Daarbij neemt men de vluchtelingenstroom voor lief. Die is niet veroorzaakt door Assad. Die is sinds 2000 aan de macht. De vluchtelingenstroom begon in 2011, sinds het begin van de oorlog die ontstond met de komst van door de VS en Groot-Brittannië gesponsorde buitenlandse strijders.
In Genève denken alle spelers wat te kunnen winnen. De Turkse president Recep Tayyip Erdoğan en de Amerikaande vicepresident Joe Biden praten over de inzet van troepen, maar zullen enkel de steun aan hun proxies verhogen. In die chaotische situatie opereert nog altijd ISIS. Die is zowat omsingeld, kan zich niet goed meer bevoorraden, maar is nog lang niet verslagen. Met of zonder Genève, reken op een jaren aanslepende oorlog naar het model van de 15-jarige oorlog in Libanon. Met een blijvend vluchtelingenprobleem. Europa kan zijn mouwen oprollen.
De Syrische regering is aan de winnende hand
Doorslaggevend in het conflict in Syrië is de controle over het geïndustrialiseerde westen, het gebied dat Damascus, Homs, Hama, Latakkia en Aleppo omsluit. Het Syrische leger, gesteund door de Russische en Syrische luchtmacht, Iraanse speciale troepen en Hezbollahstrijders langs de Syrisch-Libanese grens maken hier grote vorderingen, een feit dat de Westerse mainstream media volledig verzwijgen. Dat de Syrische overheid geen controle uitoefent over de woestijngebieden in het oosten is geen probleem, met uitzondering van het gebied rond Deir ez-Zur vanwege de oliewinning, maar ook hier kan ISIS zich op termijn niet handhaven. Overigens vraagt niemand zich af hoe ISIS kon ontstaan en waarom dit “monster” blijkbaar kan rekenen op steun bij de bevolking.
Het optreden van de Koerden in het noorden, die met VS-hulp de grens met Turkije afsluiten, draagt bij tot de vorderingen die de Syrische overheid maakt. Hier staan Turkije en de VS tegenover elkaar. Turkije probeert tevergeefs een wig te drijven tussen de Syrische Koerden langs de Turkse grens in het westen en het oosten. De VS kijkt aan tegen een mislukking van zijn Syrië-strategie. Binnen de regering-Obama lijken zich twee kampen af te tekenen: buitenlandminister John Kerry die een diplomatieke oplossing bepleit, en vicepresident Joe Biden die een gewapende overwinning voorstaat. Maar dat is schijn. De twee kampen voeden elkaar, zien in de vredesonderhandelingen een kans om de proxytroepen te hergroeperen. Een houding die enkel leidt tot verlenging van de uitzichtloze strijd en een aanhoudende vluchtelingenstroom.
Supermacht Amerika tegenover opkomend Eurazië/China
De oorlog in Syrie gaat niet tussen Soennieten en Sjiieten, rebellen tegen het leger van Assad. Het Syrische leger bestaat in meerderheid uit Soennieten. Als het echt ging om een Soennitisch-Sjiietisch conflict, dan zou de regering die steunt op Sjiietische Allowieten, nog geen 10% van de bevolking, al lang gevallen zijn. In Syrië botst de tanende macht van het Westen tegen die van de nieuwe zijderoute die China met Afrika, Europa en Azië moet verbinden, met een prominente plaats voor Eurazië, de economische unie tussen Rusland, Kirgizië, Armenië, Wit-Rusland en Kazakstan. De Chinese president Xi Jinping werd recent in Saoedi Arabië, Iran en Egypte met open armen ontvangen. Vooral de Saoedi's zien in een strategische relatie met China een goed alternatief voor de bestaande relatie met wereldmacht Amerika op zijn retour.
De strijd in Syrië gaat om de controle over grondstoffen. Alles draait om de vraag welke van twee pijplijnen het haalt. Als de combinatie Turkije-Saoedi Arabië-Qatar de oorlog in Syrië wint komt er een pijplijn van Qatar naar de Middenlandse Zee en levert Qatar aardgas aan Europa. Blijft Syrië met steun van Iran en Rusland overeind, dan leveren Iran en Irak aardgas aan Europa. Gazprom heeft al interesse getoond om in de pijplijn te investeren, zodat ook Rusland participeert in zo'n project.
Niet-conventionele oorlog met Rusland
Maar zover is het nog niet. In Syrië spelen twee conflicten: tussen de VS en Rusland, en tussen Saoedi Arabië en Iran. In feite is er al geruime tijd sprake van een oorlog tussen de VS en Rusland. Geen conventionele oorlog, maar een oorlog tussen proxies. En economische sabotage, zoals de ineenstorting van de olieprijzen, de sancties, de insinuaties over de dood van de overgelopen Russische geheim agent Alexander Litvinenko om de EU onder druk te zetten de sancties overeind te houden. Alles draait om de vraag wie het monopolie krijgt op gasleveringen aan Europa: Qatar of Iran. Maar dat is slechts een onderdeel van het grote schaakspel: de opkomt van het Oosten, de BRICS, en de afnemende invloed van het Westen.
Voor de prominente Amerikaanse politicoloog Stephen Walt vloeit mondiale invloed deels voort uit competentie, een imago dat de laatste drie Amerikaanse regeringen nu niet bepaald hebben waargemaakt: (1) de strategie om Irak en Iran tegen elkaar uit te spelen droeg bij aan Bin Laden's besluit om de VS aan te vallen, (2) onder Amerikaans toezicht is een twee-staten-oplossing voor het Israel-Palestina conflict de nek opgedraaid, (3) de invasie in Irak was een gigantische blunder waar de wereld nog altijd de wrange vruchten van plukt, (4) de VS-interventies in Libië, Somalië en Jemen hebben ook daar tot mislukte staten geleid, en (5) de VS heeft in Syrië geen glorieus parcours gelopen. Maar anders dan Walt aan het slot van zijn discours stelt wordt vandaag het lot van het Midden-Oosten niet per saldo bepaald door de inwoners, maar door de grootmachten.
Vluchtelingenstroom sinds komst buitenlandse strijders
Regionale grootmachten sluiten zich liever aan bij de opkomende wereldmacht dan bij het oorlogszuchtige Westen. Het Westen ziet die ontwikkeling met lede ogen aan, en kiest voor het destabiliseren, het vernietigen van een staat als Syrië die het maar niet onder controle krijgt. Ziet geen van de strijdende partijen zijn pijplijnen over dat land gerealiseerd, dan is dat voor het Westen een aanvaardbaar alternatief. Liever een permanente oorlog, dan de tegenstander laten winnen. Daarbij neemt men de vluchtelingenstroom voor lief. Die is niet veroorzaakt door Assad. Die is sinds 2000 aan de macht. De vluchtelingenstroom begon in 2011, sinds het begin van de oorlog die ontstond met de komst van door de VS en Groot-Brittannië gesponsorde buitenlandse strijders.
In Genève denken alle spelers wat te kunnen winnen. De Turkse president Recep Tayyip Erdoğan en de Amerikaande vicepresident Joe Biden praten over de inzet van troepen, maar zullen enkel de steun aan hun proxies verhogen. In die chaotische situatie opereert nog altijd ISIS. Die is zowat omsingeld, kan zich niet goed meer bevoorraden, maar is nog lang niet verslagen. Met of zonder Genève, reken op een jaren aanslepende oorlog naar het model van de 15-jarige oorlog in Libanon. Met een blijvend vluchtelingenprobleem. Europa kan zijn mouwen oprollen.
Labels:
Arabieren,
BRICS,
China,
EU,
Europa,
Groot-Brittannië,
Irak,
Iran,
Islamic State,
Israel-Palestina conflict,
Jemen,
Koloniale erfenis van het Westen,
Libanon,
Libië,
Qatar,
Rusland,
Saudi Arabië,
Syrië,
Turkije,
VS
vrijdag 1 januari 2016
Het Turkije van Erdoğan: gevangen tussen Oost en West
Ontvangst
van de Turkse president Recep Tayyip Erdoğan door
de Saudische koning Salman bin Abdoel Aziz al-Saoed
op 29 december 2015.
Foto:
Saudi-US Trade Group (SUSTG)
In
2012 nog het land van zero problems
with our neighbours, is Turkije
vandaag een regionale mogendheid met grote internationale ambities
die het op agressieve wijze tracht te realiseren. Het land grijpt
militair in in een soeverein buurland, verleent militaire en
financiële steun aan rebellen in Syrië die zover gaat als het
leveren van gifgas, en beraamt valse vlag-operaties om de NAVO bij
het conflict te betrekken.
De
Turkse president Erdoğan heeft bij herhaling gepoogd een no-fly
zone in te stellen in Noord-Syrië, die natuurlijk onder zijn
controle zou moeten staan en als uitvalsbasis dienen om zowel zijn
Koerdische aartsvijanden uit te schakelen als de Syrische president
Assad te verdrijven. Andere Turkse wapenfeiten zijn het installeren
van een militaire basis in Noord-Irak, de heling van gestolen ruwe
olie uit Irak en Syrië met actieve betrokkenheid in de hoogste
kringen, en als klap op de vuurpijl: het neerhalen van een Russische
bommenwerper, om een hard antwoord van Rusland uit te lokken en
daarmee een militair conflict Rusland-NAVO.
Maar
Erdoğan sloeg de plank flink mis. Op de spoedzitting van de NAVO die
op zijn verzoek plaatsvond kreeg hij niet de steun waar hij op had
gehoopt. Veel lidstaten zetten
vraagtekens bij het neerschieten van de Russische bommenwerper.
En aansluitend sloot de Franse president François Hollande een
alliantie met Putin tegen ISIL in Syrië, een voorbeeld dat de
Britten en Duitsers volgden.
Daarmee
kreeg de internationale strijd tegen ISIS voorrang op “Assad moet
weg,” tegen de zin van Erdoğan, die nu ook een de facto Russische
no
fly
zone moest slikken door de opstelling
van de geduchte S-400 luchtafweerraketten op de Russische
luchtmachtbasis bij Latakia en het feit dat de Russische
bommenwerpers voortaan worden geëscorteerd door SU-35
gevechtsvliegtuigen.
Erdoğan's
buitensporig buitenlands optreden moet zijn binnenlandse problemen
verdoezelen
Het
hoeft geen betoog dat Turkije handelt in strijd met het
internationaal recht. Syrië vormt geen enkele bedreiging voor
Turkije. Zonder internationaal mandaat is elk gewapend optreden tegen
een soevereine staat illegaal. Sommige waarnemers zien het Turkse
optreden als onderdeel
van het streven van Erdoğan om het Ottomaanse Rijk te herstellen, en
noemen dat een megalomaan project. Dat verklaart waarom Erdoğan
ijskoud een oproep
van de Amerikaanse president om zijn troepen uit Irak terug te
trekken en daarmee de soevereiniteit van Irak te respecteren naast
zich neerlegt.
Mogelijk
moet het buitensporig buitenlands optreden van Erdoğan zijn
binnenlandse problemen verdoezelen. Die gaan verder dan een
kwakkelende
economie. Sinds juli 2015 kwamen
meer dan 300 burgers om bij conflicten tussen het leger en de
Koerdische Arbeiderspartij PKK. Tientallen mensen werden
gearresteerd, waaronder bekende journalisten, zakenlui,
intellectuelen en openbare aanklagers.
Erdoğan
liet de spanningen met de Koerden bewust escaleren nadat zijn
AK-partij de absolute meerderheid in het parlement had verloren en
die begin november bij nieuwe verkiezingen kon terugwinnen door zich
als de sterke man te presenteren en de media te muilkorven. Een
absolute meerderheid moet hem in staat stellen via een
grondwetswijziging meer macht te verwerven.
Geïnspireerd
door dichter en islamitische fascist Necip Fazil
De
Turkse president-nieuwe-stijl heeft
trekken van de basyüce,
Verheven Leider, uit de blauwdruk voor
een islamitisch regime van dichter en fascist Necip Fazil door wie
Erdoğan
zich laat inspireren. In die filosofie is democratie
de vijand van het Groot Oosten, een abjecte westerse, joodse
uitvinding die niet overeenstemt met Gods woord.
Een
profielschets van de president geeft aanwijzingen hoe hij deze
filosofie toepast. De BBC
en vooral CNN
houden het kort, maar de Nederlandstalige
Wikipedia
geeft een zeer gedetailleerde informatie, die natuurlijk door
Erdoğan-fans zwaar op de korrel wordt genomen. Maar deze bron heeft
tenminste de moed om de vinger op de wonde te leggen. Een
samenvatting:
In
1994 gekozen tot burgemeester van Istanboel, maar in 1998 uit dat
ambt gezet en veroordeeld tot 10 maanden gevangenisstraf wegens
opruiing met de uitspraak “Democratie
is slechts de trein die wij nemen totdat wij op onze bestemming zijn
aangekomen. Minaretten zijn onze bajonetten, koepels onze helmen,
moskeeën onze kazernes en gelovigen onze soldaten.”
Critici vreesden dat hij de democratie zou uithollen en de
"heerschappij van de islam" opleggen.
Premier
in 1993 onder Abdullah Gül, 22 doden in 2013 bij hardhandig
neergeslagen protesten tegen zijn autoritair bewind, wat leidde tot
het afbreken van de toetredingsgespreken met de EU. Omstreden
hervormingen van gerecht en leger na corruptieschandaal bij de
overheid, mediacensuur, blokkeren van sociale media,
verkiezingsfraude, illegale bouw van 's werelds grootste paleis in
beschermd natuurgebied.
President
van Turkije augustus 2014 na omstreden verkiezingen. Bestelde een
privé-vliegtuig van meer dan 100 miljoen euro. Liet in
beschermd natuurgebied op een door een betonnen muur omringde heuvel
voor ruim 600 miljoen dollar een gigantisch paleis bouwen. Nadat de
media dat hadden vergeleken met het paleis van de voormalige
Roemeense dictator Ceaușescu was zijn reactie: "Het heeft geen
1000 kamers. Dat hebben jullie verkeerd. Het heeft meer dan 1150
kamers!". Het complex wordt nog eens uitgebreid met een
prive-woning met 250 kamers voor de president en enkele villa's voor
zijn familieleden. Is sinds eind 2013 verwikkeld
in een grootscheeps corruptieschandaal waarin ook zijn zoon Bilal en
verschillende zonen van ministers tot de verdachten behoren.
Steunde
de Syrische oppositie financieel en met wapens in hun strijd tegen
Assad. Heeft ISIS ook nooit op de terreurlijst geplaatst. Zou ook
hebben samengewerkt met Al Qaida in Syrië. De Amerikaanse
vicepresident Joe Biden moest die beschuldiging onder Turkse druk
weer intrekken. Erdoğan is lid van dezelfde sekte als een deel van
de ISIS-strijders in Irak. Blijft blind voor de etnische zuivering
door ISIS op minderheden als Koerden, christenen en Turkmenen en
wijst enkel op wandaden van Assad. Verkondigt dat ISIS niet bestaat
uit extremistische moslims maar uit westerse drugsverslaafden, en dat
een ingreep in Syrië niet moet dienen om de burgerbevolking te
beschermen maar om Assad ten val te brengen.
Probeerde
de NAVO te overtuigen een 'terroristen-vrije zone' in te stellen in
Syrië om te voorkomen dat de Koerdische gebieden verenigd zouden
worden en de Koerden binnen bereik van de Middellandse
Zee zouden komen. Na een PKK-geweldexplosie werd druk
gespeculeerd over een ophanden burgeroorlog. Oktober 2015 begon het
Turkse leger met aanvallen op de Koerden in Syrië, die samen met het
Vrij Syrisch Leger tegen ISIS strijden.
Valse
vlag operatie tegen Syrië
Tenslotte
meldt Wikipedia dat Erdoğan naar verluidt opdracht had gegeven om
een valse vlag-operatie te organiseren die een oorlog met Syrië
moest uitlokken. Toenmalig minister van Buitenlandse Zaken Ahmet
Davutoğlu zou verschillende scenario's hebben voorgesteld, waaronder
een aanval van ISIS-rebellen
op de tombe van Suleyman
Shah, grootvader van de grondlegger van het Ottomaanse Rijk. Het
complot werd gelekt en daarmee doorkruist nadat de Turkse regering
herhaaldelijk van een bedreiging van de tombe had gesproken.
Wikipedia
laat onvermeld dat Turkije rechtstreeks
betrokken was bij de overdracht van chemische wapens aan ISIS en
er aanwijzingen zijn dat het land onderhandelde met aan ISIS en
Al-Qaeda gelieerde militanten over de aankoop van sarin gas voor
gebruik in Syrië. Augustus 2013, na de sarin aanval op Ghouta, stond
Washington op het punt om Syrië te bombarderen om het land te
straffen voor het overschrijden van de “rode lijn” die hij in
2012 had ingesteld voor het gebruik van chemische wapens. Obama
stelde de aanval uit om goedkeuring te vragen aan het Congres. Maar
in werkelijkheid had hij bericht ontvangen dat monsters van het gas
niet
overeenkwamen met de bekende chemische wapens in het Syrisch
arsenaal. De aanval werd afgeblazen toen de president het door
Rusland bewerkstelligde Syrische voorstel om zijn chemische wapens op
te geven aanvaardde.
Erdoğan
trekt aan het kortste eind
Vervolgens
werden in Ankara plannen gesmeed om een Russische bommenwerper neer
te halen. Die actie werd zorgvuldig voorbereid. De Russen plegen
Washington te informeren over hun vluchtplannen, en via die weg waren
ook de Turken op de hoogte. De twee Turkse F-16's vlogen
ongebruikelijk laag om onder de Syrische rader te blijven en moesten
daartoe twee maal in de lucht worden bijgetankt. De waarschuwingen
werden blijkbaar uitgezonden op een golflengte waarvan bekend was de
Russische vliegtuigen die niet kunnen ontvangen. En in recordtijd
werden de media geïnformeerd. In plaats van contact op te nemen met
Moskou of op te roepen tot een spoedzitting van de Veiligheidsraad
overlegde Erdoğan met zijn bondgenoten, alsof Turkije was
aangevallen.
Nu
het neerhalen van de Russische bommenwerper al evenmin tot een
NAVO-ingrijpen in Syrië had geleid en Europa reikhalzend uitziet
naar een oplossing voor de vluchtelingencrisis trekt Erdoğan aan het
kortste eind. De NAVO is er absoluut niet over te spreken dat de
Turken hebben geprobeerd de organisatie op ramkoers met de Russen te
brengen. Toen de EU destijds had laten weten dat Turkije nog lang
niet toe was aan het EU-lidmaatschap reageerde Erdoğan hooghartig
dat Turkije de EU eigenlijk helemaal niet nodig had en zijn blik naar
het Oosten zou verleggen.
Nu
Erdoğan de relatie met Rusland zwaar op de proef heeft gesteld lijkt
hij Turkije, een land met een half miljoen sterk leger, te hebben
geïsoleerd,
gevangen tussen Oost en West. Dat is een oncomfortabele
waarheid in het in vuur en vlam staande Midden-Oosten. Ondergaat
Erdoğan hetzelfde lot
als dat van Ceaușescu?
woensdag 30 juli 2014
Israel ontmaskerd: 7 leugens om het bloedbad te rechtvaardigen
In het artikel “Het Israel-Palestina conflict hangt van mythes aan elkaar” komen de zeven belangrijkste mythes van Simha Flapan over het ontstaan van de staat Israel aan de orde. De Nederlandse auteur Egbert Talens omschrijft die in zijn boek “Een bijzondere relatie: Israel-Palestina nader bekeken 1897-1993” als hardnekkig gehanteerde halve waarheden. Intussen zijn de halve waarheden van weleer hele onwaarheden geworden, leugens van de ergste soort. Vandaag hebben gladde Israëlische woordvoerders als Mark Regev het liegen tot een perverse kunst verheven dankzij een PR-handboek bestemd voor “visionaire leiders aan de frontlijn in de mediaoorlog voor Israel, mensen die de hearts and minds van het publiek moeten winnen en daarmee zowel Israel als onze Joodse wereldfamilie helpen.”
Werden in het verleden de mythes nog gehanteerd om het bestaansrecht van Israel te verdedigen, vandaag moeten de leugens van Israëlische bewindslieden en woordvoerders de onbeschrijfelijke gruwelen tegen de bevolking van Gaza rechtvaardigen. De trieste balans: meer dan 1.200 dode en 6.500 gewonde Palestijnen, tegen aan Israëlische zijde enkele tientallen meestal militaire doden. Gaza is het toonbeeld van totaal vernietigde woonhuizen en civiele infrastructuur waaronder de vissershaven, landbouwgronden, elektriciteitscentrales, waterzuiveringsinstallaties, ziekenhuizen, en TV-stations. Israel verwerpt het Amerikaanse bestandsvoorstel en verhevigt zijn aanvallen op Gaza. En een niet onbelangrijk detail: Israëlisch-Arabisch Knesset-lid Haneen Zoabi wordt 6 maanden verbannen van plenaire zittingen om haar kritiek op de leugens rond de kidnapping van de drie Israëlische teenagers vorige maand.
Intussen blijft Nobelprijslaureaat Barack Obama het recht op zelfverdediging van Israël verdedigen en staat VN-chef Ban Ki Moon zonder blikken of blozen schouder aan schouder met de Israëlische premier Netanyahu de wereldpers te woord. De Nederlandse premier Mark Rutte beschuldigt de Palestijnen ervan de eigen bevolking als schild te gebruiken en voor Belgisch buitenlandminister Didier Reynders wijst de weigering van Hamas om een staakt-het-vuren te aanvaarden erop dat “de terroristische organisatie niet de intentie had om een einde te maken aan het geweld tegen Israël.” Deze bewindslieden weten nochtans perfect hoe de vork in de steel zit, maar missen de moed om het electoraat de waarheid te vertellen. Hoog tijd dus om zeven van de belangrijkste Israëlische leugens[1] te ontzenuwen.
1. Hamas heeft deze oorlog uitgelokt
Netanyahu’s leugens over de moord op drie teenagers op de Westelijke Jordaanoever zijn ontmaskerd door Israëls politiewoordvoerder Micky Rosenfeld. De Israëlische autoriteiten wisten van meet af aan dat de jongens vrijwel onmiddellijk werden vermoord en Hamas hier niet bij betrokken was. Terwijl de ouders in het ongewisse werden gelaten werd het incident gebruikt om publieke anti-Hamas-hysterie op te kloppen om een harde zoekactie te rechtvaardigen. Hamas werd op de Westelijke Jordaanoever aangevallen, Palestijnse militanten vuurden raketten af, de perfecte dekmantel voor het gigantische bloedbad. Israel heeft de oorlog met Hamas dus moedwillig uitgelokt.
Dit drama speelt zich af tegen de achtergrond van de blokkade van Gaza sinds 2006, toen Israel de verkiezingsuitslag verwierp die Hamas aan de macht bracht. Een blokkade is een oorlogshandeling. Israel voert dus al 8 jaar oorlog tegen Gaza. Israel houdt vol dat elke oorlog tegen Gaza een antwoord was op raketaanvallen, maar bewijzen duiden op het tegendeel. Historisch leidt diplomatie eerder dan geweld tot rust. Er is een duidelijke correlatie tussen Palestijnse raketaanvallen en Israëlisch geweld. Na het bestand van november 2012 schoot Hamas drie maanden lang geen enkele raket af. In deze periode vuurde Israel voortdurend op landbouwers en vissers en bracht daarbij tientallen Palestijnen om het leven. Het bestand ging tenslotte om zeep met de buitengerechtelijke executie van Hamas-leider Ahmad Jabari door Israel.
2. Israel aanvaardde het Egyptische bestandsvoorstel, Hamas bleef raketten afvuren
De Egyptische militaire junta, bondgenoot van Israel, had wel met Israel, maar niet met Hamas overlegd. Het dictaat voorzag enkel in een tijdelijke stopzetting van de Israëlische slachtpartij, volgens de gerenommeerde Israëlische journaliste Amira Hass geen enkele verbetering voor de bevolking van Gaza maar een afrekening met Hamas. Op 14 juli had Hamas zelf een bestand van 10 jaar voorgesteld, in ruil voor de opheffing van de wurgende blokkade. Maar Israel had daar geen oren naar. De internationale media besteedden vrijwel geen aandacht aan dit voorstel. Hamas had nochtans al in 2008 een dergelijk plan op tafel gelegd. Maar net als nu werden de voorstellen van Hamas beantwoord met Israëlische bombardementen.
Overigens heeft Hamas uit naam van de Palestijnse bevolking in de Gazastrook het recht om zich te verzetten tegen de bezetter, geweldloos of gewapend. Art. 51 van het Handvest van de Verenigde Naties geeft de Palestijnen het recht op zelfbeschikking, waar zij gewapenderhand voor mogen strijden.
3. Israel trok zich in 2005 terug uit Gaza
Israel voert aan dat aan de bezetting van de Gazastrook een einde kwam met de terugtrekking van de kolonisten in 2005. Maar nadien riep het de Gazastrook uit tot “vijandig gebied” en verklaarde de bevolking de oorlog. Beide argumenten zijn onhoudbaar. Het behield immers de controle over Gaza en blijft dus de bezetter in de zin van artikel 47 van de Hague Regulations. Israel zegt dat de ervaring leert dat de terugtrekking niet tot vrede leidt. Sommigen zeggen zelfs dat Gaza zich had kunnen ontwikkelen tot het Singapore van het Midden-Oosten. Maar daarmee wil men enkel de Israëlische verantwoordelijkheid voor de Gazastrook en de Westelijke Jordaanoever verdoezelen.
De Palestijnen hebben nog op geen enkele manier zichzelf bestuurd. Israël sloeg onmiddellijk een beleg om de Gazastrook toen Hamas januari 2006 de parlementsverkiezingen had gewonnen. Het verstrakte dat beleg toen Hamas juni 2007, na de burgeroorlog Fatah-Hamas, de volledige controle over de Gazastrook overnam. De blokkade leidt tot een humanitaire catastrofe in de Gazastrook. Geen schoon drinkwater, elektriciteit, essentiële medische voorzieningen. Volgens de Wereldgezondheidsorganisatie is de Gazastrook tegen 2020 onleefbaar, maar na de gruwelijkheden van de afgelopen weken is dat vandaag al het geval. Israel houdt niet enkel vast aan de bezetting, het heeft een situatie geschapen waarin de Palestijnen niet kunnen overleven.
4. Israel is een democratische samenleving dat het spel beschaafd speelt. Het zijn de tegenstanders die onbeschaafd zijn, ondemocratisch en geen enkele regel respecteren. Voor hen die niet in de regio wonen is dat moeilijk te begrijpen. Hun ideologie staat haaks op onze levenswijze, dat komt vooral naar voren als wij, democratische naties, soms uit noodzaak oorlog voeren.
Een voorstelling van zaken die faalt. Israel is een democratische samenleving voor Joodse burgers. Voor niet-Joden is Israel geen democratie, maar eerder een Apartheidsregime. Zoals de geschiedenis leert voeren democratische landen op de meest hardvochtig wijze oorlog en oefenen als ze dat nodig vinden ijskoud staatsterrorisme uit. Hamas en andere Palestijnse verzetsgroepen, zelfs de meest bloeddorstige, vallen in het niet bij de oorlogsmachines van “democratische” landen warbij miljoenen Vietnamezen, Irakezen en Afghanen werden afgeslacht. Dat lot onderging ook de volstrekt vreedzame, vrijwel ongewapende Palestijnse samenleving van het begin van de 20e eeuw.
5. Israel heeft het recht om zich te verdedigen
In het internationaal recht is Israel als bezettingsmacht van Gaza en de Palestijnse gebieden verplicht bescherming te bieden aan de bezette bevolking. Het kan niet tegelijk een land bezetten en het dan de oorlog verklaren. Men verklaart een land de oorlog, niet een bezet gebied. Israel is ten volle verantwoordelijk voor de onhoudbare toestand in de Gazastrook. Voor zijn aanspraak op het recht op zelfverdediging verwijst Israel naar art. 51 van het Grondvest van de Verenigde Naties. Maar het Internationaal Gerechtshof (ICJ) heeft deze interpretatie in 2004 verworpen. “Het recht van een staat op zelfverdediging geldt niet voor bezet gebied. Men kan het recht op zelfverdediging enkel inroepen bij een gewapende aanval van een staat tegen een andere staat,” aldus het ICJ.
Israel heeft wel het recht zich tegen de raketaanvallen uit Gaza te verdedigen, maar moet dat doen volgens het recht dat toepasselijk is op bezetting. Dat voorziet in vergaande bescherming van de burgerbevolking. De Israëlische reactie op de raketaanvallen moet dus proportioneel zijn. In het oorlogsrecht wordt militaire winst afgewogen tegen menselijk leed. De verklaring dat “geen land raketaanvallen van een buurland kan tolereren” is dus vals. Israel ontzegt de Palestijnen het recht om zichzelf te besturen en te beschermen. Als het tegelijk het recht op zelfverdediging inroept is dat een woordspelletje dat de internationale gemeenschap op het verkeerde been moet zetten om de eigen verantwoordelijkheid te ontlopen.
Het is ronduit misdadig dat de machtigste man ter wereld, magna cum laude Harvard-jurist Obama, zijn regering, Groot-Brittannië - dat een doorslaggevende rol heeft gespeeld bij de totstandkoming van de staat Israel - en andere Europese (ex-koloniale) mogendheden tegen beter weten in Israel op dit punt niet tot de orde roepen. En het is even misdadig dat de regering van een land dat onder de auspiciën van de Verenigde Naties het levenslicht zag tegen beter weten in beroep doet op een artikel uit het Handvest van diezelfde Verenigde Naties.
6. Israel vermijdt burgerslachtoffers, Hamas brengt Israëlische burgers om het leven
Met zijn primitieve raketten die het niet goed kan richten schendt Hamas het principe van onderscheid tussen militaire en burgerlijke doelen en vuurt dus grosso modo in het wilde weg. Maar zoals de recente geschiedenis leert wordt Israel zeker niet inschikkelijker indien Hamas enkel op militaire doelwitten vuurt. Voor Israel is Hamas, en elke vorm van verzet, gewapend of geweldloos, uit den boze.
Israel heeft één van de machtigste legers ter wereld. Het beschikt over uiterst precieze wapentechnologie. Met zijn drones, F-16’s en andere gesofisticeerde wapens kan Israel elk individu uitschakelen en daarmee burgerslachtoffers vermijden. De vele burgerslachtoffers van de afgelopen weken duiden erop dat Israel doelbewust burgers en kinderen ombrengt. Dat past binnen de Dahiya Doctrine: wie schiet op Israel moet dood en verderf en de totale ontreddering van zijn infrastructuur verwachten, waarbij woonwijken als militaire bases worden beschouwd. Eerder paste Israel deze doctrine toe in de Libanon oorlog van 2006 en bij de Operatie Cast Lead in Gaza in 2009. Voor Israel zijn burgers en kinderen dus legitieme doelwitten.
7. Hamas gebuikt huizen, scholen en moskeeën als menselijk schild door daar wapens te verbergen
Eén van de meest perfide leugens die de wereld moet doen geloven dat Palestijnse burgers omkomen door hun eigen schuld. Zijn geïllustreerde praatjes ten spijt, Israel is er nooit in geslaagd enig bewijs te leveren dat Hamas burgerinfrastructuur gebruikt voor de opslag van wapens. In de twee gevallen waarin Hamas inderdaad wapens had opgeslagen in scholen van de UNRWA waren die leeg. UNRWA ontdekte de wapens en veroordeelde de doorbreking van zijn onschendbaarheid publiek. Internationale mensenrechtenorganisaties die de Israëlische claim hebben onderzocht hebben vastgesteld dat die ongegrond zijn.
In werkelijkheid zijn het juist Israëlische militairen die systematisch Palestijnen als menselijk schild gebruiken. Sinds de Israëlische inval in de Westelijke Jordaanoever in 2002 binden die jonge Palestijnen op de motorkap van hun voertuig of dwingen ze hen huizen binnen te gaan waar militanten worden vermoed. Maar zelfs als men aanneemt dat de Israëlische beweringen een grond van waarheid kunnen hebben, verplicht het humanitaire recht om burgerslachtoffers te vermijden die excessief zijn in vergelijking met de te verwachten militaire winst.
Wat nu?
Gaza wenst absoluut niet terug naar de status quo. Dat blijkt uit een verklaring van 91 in Gaza woonachtige topmensen uit wetenschap, publiek ambt, Rode Kruis, rechterlijke macht en media. “Wij roepen op tot een staakt-het-vuren met Israel indien dat voorziet in een einde aan de blokkade en het herstel van fundamentele vrijheden,” zo luidt het. “Hamas vertolkte het standpunt van de overgrote meerderheid van de inwoners toen de beweging het eenzijdige bestand van Egypte en Israel verwierp. Gaza wil onbeperkte bewegingsvrijheid voor de Palestijnen en vrij verkeer van goederen en diensten, onder toezicht van een door de VN aan te stellen organisatie.”
Een recent Gallup onderzoek leert dat 42% van de Amerikanen het optreden van Israel in Gaza gerechtvaardigd vindt, 39% zegt van niet en 20% heeft geen mening. Het percentage “ongerechtvaardigd” is licht gestegen vergeleken met het Gallup onderzoek tijdens de tweede intifada twaalf jaar geleden. Het is opvallend dat het publiek verdeeld is over deze kwestie, terwijl hun politieke leiders unaniem het Israëlische optreden steunt. Een sterk uiteenlopende mening tussen publiek en elite over buitenlands beleid is niet ongebruikelijk, maar het is toch schokkend te moeten vaststellen dat bijna 40% van de Amerikaanse bevolking blijkbaar op zo’n belangrijk onderwerp geen vertegenwoordiging vindt in het Congres. Het leidt geen twijfel dat de Israel Lobby, die de loopbaan van politici kan maken of breken, daar tussen zit.
Nog afgezien van de droeve dagelijkse balans aan slachtoffers, de vernietiging van infrastructuur en het beroep op het internationaal recht, de vraag die zich opdringt is: wat wil Israel bereiken? Niemand die het weet. Laat ons een gedachteoefening doen, een hypothese ontwikkelen. Veronderstel dat de Palestijnen de gehele Gazastrook ondertunnelen. In de Israëlische logica zijn dan alle 1,8 miljoen Palestijnen menselijke schilden. De oplossing is dus om die allemaal om te brengen en ervan uit te gaan dat de wereld daar lijdzaam op toeziet. Dat is precies wat de Israëlische samenleving van zijn overheid vraagt. Het absurde daarvan is dat Israel de Palestijnen niet met een bommenregen in het gareel krijgt, en al helemaal niet naar vrede kan bombarderen.
Een hypothese is dat Israel graag alle Palestijnen ziet vertrekken naar Jordanië, een “oplossing” die ook de Nederlandse rechts-extremistische PVV-voorman Geert Wilders verkondigt. De Palestijnen moeten in Jordanië een nieuw bestaan opbouwen, net als de Joden dat in Israel hebben gedaan, aldus Wilders. Maar de Palestijnen laten zich niet van hun geboortegrond wegjagen. De verklaring van de 91 intellectuelen in Gaza is daar duidelijk over: “Geen bestand zonder gerechtigheid. Een retourtje naar de status quo is een levende dood.” De keuze is dus tussen zich aan flarden te laten schieten of een langzame dood in een onleefbaar Gaza onder beleg. Blijft de wereld lijdzaam toezien?
[1] deels ontleend aan de artikelen Five Israeli Talking Points on Gaza—Debunked en Deconstructing the Zionist view of Gaza’s horror
Abonneren op:
Posts (Atom)