Photo: Huawei Gallery
Posts tonen met het label Koreaans schiereiland. Alle posts tonen
Posts tonen met het label Koreaans schiereiland. Alle posts tonen
donderdag 8 augustus 2019
De vastgelopen Europese integratie
Deel
1: integratie is geopolitiek van levensbelang.
The second edition of the Huawei Story, November 29, 2017.
Photo: Huawei Gallery
Photo: Huawei Gallery
De
grootste dreiging voor de EU komt uit de VS. Trump’s
druk op Europese bondgenoten wordt in Washington breed
gedragen. Europa moet zijn trans-Atlantische reflex
overwinnen en focussen op een Euraziatisch
bondgenootschap. De Europese kwetsbaarheid voor Amerikaanse
digitale kolonisatie wordt duidelijk. Het debat
rond Russische dreiging staat integratie in de weg.
In
zijn artikel
‘Be
Afraid of the World, Be Very Afraid’
somt
de Amerikaanse professor internationale betrekkingen Stephen Walt
vijf mondiale problemen op die steeds verder ontaarden en misschien
nooit opgelost raken. In
Bad
Thing #3, The
End of the European Union,
toont
hij zich
niet
optimistisch over het Europese project. Dat
de
pogingen tot
een
uniform buitenlands beleid en een Europees leger tot niets hebben
geleid blijkt volgens Walt ook uit de ruggengraatloze Europese
reactie op de Amerikaanse indirecte sancties.
Inclusief de druk op de open grenzen lijkt de beoogde “steeds
verder geïntegreerde Unie” terug te glijden naar de oude
gemeenschappelijke markt, aldus Walt.
In
twee delen gaan wij in op de
problematiek die Walt
aansnijdt.
Vandaag belichten we de
geopolitieke
aspecten
van de Europese integratie. In
deel 2 kijken we naar het begrip “integratie”, stellen we
vast
dat de Europese integratie is vastgelopen en lichten we
de
meest voor de hand liggende uitweg voor de EU toe: Europa
met
twee snelheden.
De
kolossale
uitdagingen
waar de
Unie voor staat vergen uitzonderlijk leiderschap.
De
nieuwe Europese bestuursploeg zal zich moeten bewijzen, maar
vooral de
staatshoofden
en regeringsleiders
die
zich in
het besluitvormingsproces van de Europese Raad maar
al te graag achter
‘Brussel’
verschuilen.
De
grootste bedreiging voor de EU komt uit de Verenigde Staten
De
EU mag dan een economische reus zijn, het is maar
de
vraag of de Unie kan uitgroeien tot een geopolitieke
wereldspeler in
een multipolaire wereld of satelliet blijft van de
VS.
Lidstaten als Duitsland en Frankrijk mogen
op
het wereldtoneel hun
zegje doen,
maar
individueel
kunnen
zij
het
niet opnemen tegen grootmachten als de VS, China of zelfs Rusland.
Europese landen kijken terug op hun koloniale verleden dat hen tot
grote
mogendheid maakte,
maar vandaag kunnen
zij zo’n
status
enkel herwinnen
door het slechten van economische en politieke grenzen in Europa.
Afgezien
van de tegenstrijdigheden eigen aan het Europese economische en
politieke weefsel, komt de
grootste bedreiging voor de Unie uit onverwachte hoek: de
Verenigde Staten. Misschien heeft enkel een Europese leider als
Charles de Gaulle het Europese project gezien als bedreiging voor de
VS. Maar algemeen wordt de VS gezien als een genereuze hegemoon die
bijdroeg aan de naoorlogse Europese wederopbouw en integratie. Dat
Washington
Europa ooit
zou kunnen zien als tegenstrever,
ja zelfs rivaal, kwam bij niemand op.
Vier
decennia mondialisering en neoliberaal beleid hebben
de
Amerikaanse
middenklasse
ondergraven. Overheidsbeleid als laagdrempelig consumentenkrediet
moest de welvaartsdroom in stand houden, maar leidde tot economische
zeepbellen ongezien sinds de crisis van 1929. Om de welvaart van de
Amerikaanse burgers te vrijwaren meende de regering-Trump dat de
beste aanpak was om economische concurrenten te gronde te richten.
Olie- en aardgasexporteur Rusland moest eraan geloven. De economische
oorlog tegen China volgde. Zelfs traditionele bondgenoten als Europa,
Japan en Korea werden stevig aangepakt.
De
harde Amerikaanse aanpak van Europa wordt gedragen door het Congres
Vandaag
staat Europa voor de vraag of het klaar is voor een confrontatie met
de VS. Heffingen op Europese producten, de sancties op handel met
Iran, de druk op het Duitse gasleidingsproject Nord Stream 2 en de
aanschaf van Huawei-systemen, het protest tegen een Europese defensie
en buitenlands beleid, en de pressie om Amerikaans wapentuig aan te
schaffen, het zijn allemaal Amerikaanse initiatieven die Europese
leiders toeschrijven aan Trumps grillige persoonlijkheid. Maar die
maatregelen worden wel gedragen
door het Congres, en geïnitieerd en uitgevoerd door een batterij
bureaucraten
afkomstig uit de regering-Obama.
Het
succes van Europese integratie valt en staat met de opstelling van
Duitsland. De
steeds hardere Amerikaanse aanpak van zijn bondgenoten helpt om
over de
psychologische drempel te
stappen om
daar tegen in te gaan. Zelfs
Merkel komt schoorvoetend tot de conclusie dat de VS niet langer kan
worden vertrouwd, Europa zijn eigen weg moet inslaan en niet moet
denken dat het na Trump wel weer beter gaat. Geen Amerikaanse
president kan op tegen de lobby van het Amerikaanse
militair-industrieel
complex. Europa moet naar de pijpen van Washington blijven
dansen, Amerika moet zijn kansen in het conflict met China en Rusland
optimaliseren.
Focus
eerder op
Euraziatisch dan
trans-Atlantisch bondgenootschap
Voor
Europa betekent dat om
eerder
te focussen op een Euraziatisch bondgenootschap dan op een
trans-Atlantisch.
De eerste tekenen wijzen erop dat Europese landen weerstaan aan de
Amerikaanse druk. Het besef groeit dat Europa kwetsbaar is voor
Amerikaanse digitale
kolonisatie.
Huawei komt dus niet op de zwarte lijst, Europa stelt zich open voor
niet-Amerikaanse technologie. Duitsland zet zijn Nord Stream 2
project met Franse steun door.
De
VS mag dan hameren op de Russische dreiging, Europa telt maar weinig
politici die echt
in
zo’n dreiging
geloven. De
Zweedse, Poolse en Baltische politici die toch nog spreken over een
nakende Russische invasie trekken misschien deze kaart om Amerikaanse
steun tegen Duitsland te krijgen in hun Europese machtsspelletjes.
Het Europese debat rond
de houding ten opzichte van Rusland is één van de vele
tegenstellingen binnen de Unie die een verdere integratie in de weg
staan.
Het
dilemma waar de EU voor staat is te kiezen tussen dwang om de
weerspannige lidstaten in het gareel te krijgen, of voor het concept
van een EU van twee snelheden dat de dwarsliggers links laat liggen.
woensdag 17 april 2019
Waarom Europa zich uit de NAVO moet terugtrekken
U.S. Army Stryker armored vehicles convoy during operations in support of Steadfast Javelin II at Ramstein Air Base, Germany, Sept. 3, 2014.
Steadfast Javelin II is a NATO-led exercise designed to prepare U.S., NATO and European partner nations forces for large-scale unified land operations.
Photo: A1C Jordan Castelan (Wikimedia Commons).
Steadfast Javelin II is a NATO-led exercise designed to prepare U.S., NATO and European partner nations forces for large-scale unified land operations.
Photo: A1C Jordan Castelan (Wikimedia Commons).
Nu Trump de bondgenoten niet enkel 2% bijdrage vraagt maar ook 150% van de kosten voor stationering van Amerikaanse troepen wordt het tijd dat Europa zich uit de NAVO terugtrekt. Het moet een eigen veiligheidsorganisatie stichten waarin ook plaats is voor Rusland.
Amerika is een oligarchie. Kandidaturen voor presidentschap en Senaat en Congres worden verworven via politieke omkoping. Wetenschappelijk onderzoek bevestigt dat een kleine groep elites het overheidsbeleid bepaalt. Zo bepaalt de militair-industriële lobby in belangrijke mate het defensiebudget. Officieel bedraagt dat voor 2019 $617 miljard, maar dat is slechts het Base Budget. Inclusief een serie niet op de defensiebegroting ingeschreven onderdelen, maar exclusief de (para)militaire activiteiten van CIA en FBI, geeft de VS in 2019 aan veiligheid een bedrag uit van $1.135,7 miljard, 5,4% van het BBP en meer dan een kwart van de Amerikaanse federale begroting.
Het Pentagon is wereldwijd voortrekker in militaire uitgaven en trekt NAVO-leden Europa ($290 miljard) en Canada ($24 miljard) mee in zijn kielzog. Zo ontstaat een totaal NAVO-budget 2018 van $1.449 miljard, ruim 80% van het wereldwijd totaal aan defensie-inspanningen ($1.774 miljard). Aan de basis van de groeiende defensie-inspanningen liggen Amerikaanse en Europese percepties van dreigingen vanuit China en Rusland. De uitgaven van deze landen zijn echter slechts een fractie van het NAVO-totaal. China zou in 2018 $168 miljard hebben uitgegeven en Rusland $63 miljard, 12% resp. 4% van NAVO-totaal.
De NAVO is goed voor 80% van de mondiale militaire uitgaven. De uitgaven van Rusland en China vallen daarbij in het niet.
De Amerikaanse National Defense Strategy Commission wijst erop dat China en Rusland regionale hegemonie nastreven en zelfs mondiaal macht kunnen uitoefenen, maar een nuchtere Amerikaanse politicoloog als John Mearsheimer relativeert die stelling. Poetin heeft enkel gereageerd op Westerse provocaties. Het feit dat de NAVO tot de Russische grens is opgeschoven ligt aan de basis van de oorlogen in Georgië (2008) en Oekraïne (2014). De confrontatie met Rusland en China duwt deze grootmachten enkel in elkaars armen wat het einde inluidt van de unipolaire wereld sinds de val van de Sovjet-Unie.
Sinds de uitbreiding van de NAVO maakt Rusland duidelijk dat het niet lijdzaam zal toezien hoe zijn strategisch belangrijke buurlanden Westerse vestingen worden. Voor Poetin overschreed de coup tegen de democratisch verkozen regering in Oekraïne een rode lijn. Beducht voor zijn marinebasis in Sebastopol annexeerde hij de Krim en destabiliseerde hij Oekraïne tot het land zijn pogingen om zich bij het Westen aan te sluiten zou opgeven. In 2008 zei hij Bush ijskoud dat toetreding van Oekraïne tot de NAVO het einde van het land zou betekenen. Maar ook de EU trok oostwaarts, tegen de zin van Rusland.
Oekraïne is als bufferstaat van groot strategisch belang voor Rusland. Geen enkele Russische leider tolereert dat een militaire alliantie die zich duidelijk vijandig opstelt zich in Oekraïne vestigt en een regering installeert die het land wil integreren in het Westen. In koor gaf het Westen Poetin de schuld. Voor Merkel leefde Poetin in een andere wereld. Maar Poetin is absoluut niet onevenwichtig. Hij is een topstrateeg die op buitenlands beleid elke uitdager in de schaduw stelt. Hij streeft niet naar een “groot-Rusland”, is niet geïnteresseerd in de annexatie van buurlanden. Dat zou het militair, economisch en organisatorisch vermogen van Rusland overstijgen.
De EU drong Oekraïne een handelsakkoord op zonder oog voor de historische context. Het land moet een neutrale bufferstaat worden.
Was Oekraïne voor de EU en de NAVO van strategisch belang, dan had het Westen al lang militair geweld gebruikt om de crisis te beslechten. Men maakt een land toch geen NAVO-lid om het vervolgens niet te verdedigen. In een interview legt ook voormalig Amerikaans minister van buitenlandse zaken Henry Kissinger de oorzaak van de Oekraïne-crisis bij het Westen. De EU duwde een handelsakkoord door, is ondoordacht achter Oekraïne gaan staan en heeft geen oog gehad voor de historische context. Voor Kissinger moet Oekraïne een bufferstaat worden.
Amerika is vrijwel onophoudelijk in oorlog: sinds zijn stichting in 1776 maar liefst 226 van zijn 243 kalenderjaren. De overgrote meerderheid van de militaire conflicten sinds de Tweede Wereldoorlog ontstond op initiatief van de VS. Vergeleken met andere grootmachten heeft de VS relatief weinig soldaten op het slagveld verloren en nauwelijks burgerslachtoffers. Afgezien van de aanslagen van 9/11 werd oorlog met het buitenland nooit in eigen land uitgevochten. Anders dan Europa ziet de bevolking op eigen bodem dus niets van de rauwe realiteit van oorlog. En sinds de afschaffing van de dienstplicht in 1973 is de sociale controle op de Amerikaanse oorlogszucht tot vrijwel nul herleid.
Het is ‘gewone’ mensen in de rest van de wereld blijkbaar niet ontgaan dat de VS sinds 2001 Irak, Afghanistan, Libië en Syrië heeft vernietigd en Iran, Venezuela, en misschien zelfs Rusland op de korrel neemt. Onderzoek in 65 landen leert dat de VS (24%) als eerste wordt genoemd als land dat de grootste bedreiging vormt voor de wereldvrede, voor Pakistan (8%), China (6%), Noord-Korea, Israel en Iran (elk 5%). Respondenten in Rusland (54%), China (49%) en Bosnië (49%) waren het meest bevreesd voor de VS als bedreiging.
De VS wordt als eerste genoemd als land dat de grootste bedreiging vormt voor de wereldvrede.
Trump heeft twijfel gezaaid over de bescherming van Europa. Hij dringt aan op verhoging van de bijdrage naar 2% en op termijn 4% van het BBP. Intussen gaan de defensiebegrotingen mondjesmaat omhoog. Europese leiders zien Rusland niet als een ernstige militaire bedreiging. Voor hen past de annexatie van de Krim niet in Russische expansiezucht. Maar intussen vraagt Trump de “partners” ongegeneerd om ook 100% van de kosten van de Amerikaanse militaire aanwezigheid te betalen, met een opslag van 50%. Vandaag betaalt Duitsland 28% voor de Amerikaanse stationering, zo’n €1 miljard per jaar. In een cost-plus-50 regeling zou de factuur voor Duitsland door het dak gaan.
De harde Amerikaanse houding stelt Europa voor een dilemma. Moet het zichzelf kunnen verdedigen? Moeten de Franse atoomwapens het Europese continent afdekken? Wie zit er dan aan de knoppen? Opgeteld kan een EU-leger beschikken over 1,5 miljoen militairen, na China (2,2 miljoen) de grootste legermacht ter wereld. Paradoxaal genoeg is het juist de NAVO die zich tegen zo’n ontwikkeling verzet. Dit is gevoelige materie. Dat de Franse president Macron spreekt over een Europees leger en strategische autonomie irriteert de Amerikanen. De VS laat de NAVO waarin het de lakens uitdeelt en eigen belangen voorrang kan geven niet gemakkelijk los. Maar verzet komt ook uit eigen kring en vanuit de bureaucratie.
Wie pleit voor een Europese defensie moet ook het gebrek aan een ééngemaakt buitenlands beleid aan de orde stellen.
Ook de Belgische politicoloog Sven Biscop is voor een Europese defensie. Hij pleit niet voor interventionisme, wél voor optreden “als onze vitale belangen in het geding zijn”. Als voorbeeld noemt hij Libië. Zijn uitleg over het oprekken van het VN-mandaat roept vragen op over de doctrine van “minimale interventie en maximale diplomatie” waarbinnen EU-optreden moet gebeuren. Biscop spreekt niet over het gebrek aan een ééngemaakt Europees buitenlands beleid en hoe binnen de EU wordt beslist over militair optreden. Per saldo sluit hij zich aan bij de European Union Global Strategy (EUGS) die zegt dat de NAVO voor de meeste lidstaten het belangrijkste kader zal blijven.
Een opiniestuk van de Nederlandse politicoloog Rob de Wijk is gewaagder: “Wie roept de Verenigde Staten tot de orde?” Intussen staat wel vast dat Europa zich wil losmaken uit het steeds knellender Amerikaanse juk. Een militair volledig op eigen benen staand Europa is echter niet voor morgen. De geopolitieke transformatie in de wereld staat niet stil. De Westerse vijandige houding tegen Rusland drijft dat land steeds meer in de armen van China, dat via zijn Belt & Road strategie al belangrijke contacten heeft gelegd in Europa. Wil Europa niet tussen hamer en aambeeld raken dan zal het een fundamentele keuze moeten maken: wil het aan de hand blijven lopen van de VS die zich steeds meer op zichzelf terugtrekt, of zich openstellen voor een Euraziatisch Wirtschaftswunder.
Europa moet kiezen voor een nieuwe pan-Europese veiligheidsorganisatie waarin plaats is voor Rusland.
Zo’n fundamentele beleidsombuiging vergt de vorming van een nieuwe pan-Europese veiligheidsorganisatie en de opzegging van het NAVO-lidmaatschap. Frankrijk en Duitsland kunnen het voortouw nemen en worden waarschijnlijk snel vergezeld van andere Europese kernlanden. Hervorming van de EU in een geopolitiek onafhankelijke Unie vergt een grondige wijziging van het Verdrag van Lissabon, een kolossale, uitdagende maar doenbare operatie. De meeste analisten menen dat Rusland na de Koude Oorlog volwaardig NAVO-lid had moeten worden. De nieuwe pan-Europese veiligheidsorganisatie moet dan ook de opzegperiode met de NAVO benutten om een verdrag te onderhandelen met Rusland.
In dat kader kan ook een oplossing worden uitgewerkt voor de Oekraïne-crisis. Het land moet een neutrale buffer worden tussen Rusland en het Westen, naar het voorbeeld van Finland tijdens de Koude Oorlog. Georgië moet in het voetspoor van Oekraïne treden. Oekraïne moet economische steun krijgen van zowel het Westen als Rusland, en worden aangemoedigd om de rechten van de Russisch sprekende bevolking te respecteren. Op langere termijn kunnen Oekraïne, Georgië en Wit-Rusland tot de EU en de veiligheidsorganisatie toetreden. Daarmee ontstaat een blok dat zich zowel economisch als militair kan meten met China.
Zo ontstaat een multipolaire wereld bestaande uit Noord- en Zuid-Amerika, Eurazië en China, aangevuld met overig Azië en Afrika. Een wereld waarin de VS niet langer de lakens uitdeelt en waarschijnlijk minder gewapende conflicten kent.
woensdag 6 februari 2019
Naar een kernwapenvrije wereld, of Armageddon?
“De
Amerikanen willen hun eigen overtredingen niet toegeven. Dan treden
ook wij uit het verdrag. Maar we blijven vragende partij voor een
akkoord over tactische kernwapens. Dat is in het belang van onze
veiligheid, en van de veiligheid van Europa. Wij willen het debat
aangaan, maar dan moet de VS daartoe maar het initiatief nemen”.
Dat zei de Russische onderminister van buitenlandse zaken Sergei
Ryabkov in een reactie op het nieuws dat de VS zich terugtrekt uit
het INF-verdrag.
Larry
Wilkinson, ex-stafchef van de vroegere Amerikaanse
buitenlandminister Colin Powell en thans universiteitsprofessor,
treedt
hem in bovenstaande video bij. Het issue is niet enkel middellange
afstandsraketten. Het debat moet gaan over het totale
kernwapenarsenaal, actualisering van het Non-proliferatieverdrag,
en over conventionele bewapening. Niet enkel de VS en Rusland moeten
rond de tafel, maar alle kernmogendheden, ook Noord-Korea en Israel.
Hoe kan de wereldgemeenschap een alles en iedereen vernietigende ramp
voorkomen? Dat is voor Wilkinson de vraag. Wapenbeheersing moet niet
overboord, maar juist verdiept en verruimd, en openstaan voor alle
landen.
Kloof
tussen Europa en de VS
De
Amerikaanse uitstap uit het INF-verdrag maakt de kloof tussen Europa
en de VS alleen maar groter. De NAVO is superieur op het vlak van
geleide conventionele wapens, een overwicht dat Rusland
begrijpelijkerwijze denkt te compenseren met mini-kernkoppen op
middellange afstandsraketten, tactische kernwapens in het jargon. Die
worden dan ingezet op Europese slagvelden. Vandaag beschikt China al
over dit soort wapens, en India zal wel niet achterblijven. Maar het
overleg moet niet enkel gaan over wapenbeheersing, ook issues als
Syrië en Oekraïne moeten op tafel.
Voor
Wilkinson is het
Amerikaanse plan om nieuwe mini-kernwapens voor de korte afstand te
ontwikkelen die minder krachtig zijn dan die op Hiroshima en Nagasaki
volkomen
nutteloos. Kernwapens hebben enkel zin als afschrikking. Ze hebben
geen nut op het slagveld, hoe klein je ze ook maakt. Wie ze toch
inzet zet een escalatie in gang die enkel kan
uitmonden in een
grote
oorlog met kernwapens
die de overleving op deze planeet bedreigt. Oer-klokkenluider
Daniel
Ellsberg heeft
daar destijds al duidelijk voor gewaarschuwd. Het is een weg die we
niet moeten bewandelen, aldus Wilkinson.
Kan
de wereld een nieuwe wapenrace voorkomen?
Het
INF-verdrag is niet het eerste akkoord waar de VS uitstapt. Eerder
sneuvelden het ABM-verdrag
en de Irandeal.
En er is geen zicht op verlenging van het START-verdrag
dat binnenkort afloopt. De publieke
opinie is wars van een nieuwe wapenrace en van nucleair
wapengekletter door de wereldleiders, maar slaagt er niet in het
beleid om te buigen. Acties van individuele parlementariërs, steden
en het middenveld gericht op parlementaire commissies defensie en
buitenlandse betrekkingen hebben wel geleid tot b.v. de Prevention
of Arms Race Act of 2018 en
de recente No
First-Use Act van
senator
Elizabeth Warren en
congreslid Adam
Smith.
Blijkbaar
is een confrontatie met Rusland geen probleem
voor
de VS.
Het Witte Huis maakt zich druk over een Russische kruisraket die de
500-km limiet
zou
overschrijden.
Maar waarom heeft buitenlandminister
Pompeo dan een uitnodiging
voor
een
presentatie van het wapen van de hand gewezen? En waarom beperkte de
EU zich slaafs tot de Amerikaanse versie dat
Rusland, de eeuwige boeman, het INF-verdrag
schendt? Waarom
verklaarde bondskanselier
Merkel kritiekloos:
“Voor ons is het
duidelijk dat Rusland het
verdrag
heeft geschonden ...”. Eén
partij zonder bewijs veroordelen is
een slecht startschot voor onderhandelingen.
Wat
verklaart de Amerikaanse gekte?
Na
de uitstap uit het ABM-verdrag in 2002 had
de VS de handen vrij voor de installatie van een
rakettenschild in Oost-Europa, op een steenworp van de Russische
grens. Voor Rusland niet
enkel een bedreiging van het
strategische evenwicht, maar ook een geduchte
potentiële aanvaller
aan zijn grens. De Amerikaanse
afweerraketten
kunnen immers in een
oogwenk door aanvalsraketten worden vervangen. Alles duidt er dus
op dat de VS Moskou
beschuldigt van een inbreuk op een wapenverdrag dat het al
enkele jaren zelf schendt.
Voor
de Franse Ruslandkenner Pierre-Emmanuel
Thomann heeft
de VS het nucleaire evenwicht al doorbroken met de uitstap uit het
ABM-verdrag in 2002. Het heeft sindsdien overal in Eurazië
raketafweerinstallaties geïnstalleerd, een voldongen feit dat bij
Rusland en China enkel een gevoel van omsingeling
kan opwekken. De Amerikaanse raketafweer verhindert immers de
mogelijkheid om terug te slaan bij een Amerikaanse nucleaire first
strike.
Het
feit dat China sinds
kort beschikt over hypermoderne
supersonische raketten zal ook aan de basis liggen van de
Amerikaanse uitstap uit het INF-verdrag. China was geen partij in het
INF-verdrag. Voor de opkomende wereldmacht
werd de ‘pivot
to Asia’,
de Amerikaanse heroriëntatie
op
Azië, een existentiële bedreiging nu
die
gepaard ging met de stationering van meer
dan de helft van de
Amerikaanse zeemacht
in Zuid-Oost
Azië.
Noam
Chomsky heeft
niet lang geleden gewezen
op primordiale
problemen die de mensheid moet aanpakken. Over
het risico op een
kernoorlog haalt
hij generaal
Lee Butler
aan: “We
hebben tot
nu toe het nucleaire tijdperk vooral
overleefd
door goddelijke interventie”. Het
is de vraag of we kunnen blijven rekenen op goddelijke interventie
als de
VS krampachtig vasthoudt
aan zijn
mondiale
suprematie en
de EU zich slaafs aan de VS blijft
onderwerpen.
Het
zijn deze
twee
mogendheden
die
bepalen wat het wordt: ontwapening
of een
nucleair
Armageddon.
maandag 14 januari 2019
Van 2018 naar 2019: de belangrijkste geopolitieke trends (1)
Bij de overgang van 2018 naar 2019 past een overzicht van de belangrijkste geopolitieke trends in de wereld. In een reeks van vijf artikelen die we in kort tijdsbestek onder deze headline publiceren geven we per issue een beknopt overzicht van de belangrijkste ontwikkelingen, inclusief hoe we die dit jaar zien ontwikkelen. Vandaag het eerste deel:
Deel
1: De grootste brandhaarden
Koreaans
schiereiland
De
kwestie Noord-Korea is nog geen stap dichter bij een oplossing. Wie
herinnert zich niet het
plan van
de Amerikaanse president Trump om
niet één, maar drie
vliegdekschepen
naar het Koreaanse schiereiland te sturen en zijn dreigement
om
het land totaal te vernietigen? Intussen
hebben de beide Korea’s intensieve bilaterale contacten ontwikkeld
en is er van het Amerikaanse wapengekletter niets overgebleven. De
recente nieuwe
Amerikaanse
sancties
tegen drie hoge Noord-Koreaanse functionarissen lijken
een volgende stap naar nucleaire
ontwapening serieus
in de weg te staan.
Het
laatste nieuws
is dat Trump een tweede top heeft voorgesteld voor half februari in
Vietnam. Pyongyang en
Washington zitten in een
impasse over de denuclearisatie van het Koreaans schiereiland.
Noord-Korea wil sanctieverlichting, de VS wil eerst de volledige
opdoeking van het kernwapenprogramma. In zijn nieuwjaarstoespraak
waarschuwde de Noord-Koreaanse leider Kim Jong-un
dat hij zijn eigen weg zou gaan
als de VS druk blijft uitoefenen, maar hield wel de deur open voor
een nieuw gesprek met Trump.
Tenslotte
het bericht
dat Zuid-Korea de komende 5 jaar voor $84 miljard aan nieuwe wapens
zal kopen. Die moeten inzetbaar zijn tegen kern- en
massavernietigingswapen “uit elke richting”. Het
lijdt geen twijfel
dat
de aankopen in Amerika zullen worden gedaan. En dat is goed nieuws.
Nu Zuid-Korea zijn defensiecapaciteit opvoert krijgt Kim
Jong-un
een nieuwe troef in handen in zijn dialoog met Trump: “nu onze
zuiderburen hun defensie op peil brengen
kunt u de Amerikaanse troepen terugtrekken”.
Syrië
In
april voerden de VS, Frankrijk en het VK luchtaanvallen uit als als
antwoord op een beweerd maar geenszins bewezen gebruik van chemische
wapens. Voor Trump mag het dan “missie volbracht” zijn geweest,
het Kremlin liet
nuchter weten dat 71 van
de 103 kruisraketten werden
neergehaald. Een
mislukte militaire operatie die op geen enkele manier werd opgevolgd.
Een missie ook in strijd
met het internationale recht: Syrië vormt geen enkele bedreiging, de
aanvallers opereerden zonder mandaat van de VN-veiligheidsraad.
In
september verdween een
Russische Iljoesjin-20
boven Syrië van
de radar op een moment
waarop Israëlische
F-16's in de
onmiddellijke omgeving
bombardementen uitvoerden.
De Iljoesjin bleek te
zijn neergehaald door Syrisch luchtafweergeschut
bedoeld voor de
Israelische F-16s, die kennelijk zich
bewust had
verscholen
achter de Iljoeshin. Het incident leidde tot een serieuze crisis.
Toen de Israeli’s geen schuld bekenden hakten
de Russen de knoop door: Syrië werd in sneltreinvaart uitgerust met
geavanceerde luchtverdedigingssystemen. De Israeli’s dreigden elke
S-300 batterij te vernietigen, maar konden enkel toezien hoe de
Russen de waterdichte
Syrische
luchtverdediging
operationeel maakten.
En
in december koos Trump temidden de strijd tussen zijn adviseurs voor
de vlucht vooruit en gaf opdracht
voor de volledige terugtrekking van de Amerikaanse troepen uit Syrië.
Wat hiervan uiteindelijk terecht komt valt af te wachten, zeker
nadat veiligheidsadviseur John Bolton
begin januari 2019 de
Turken een diktaat
overhandigde voor een “weloverwogen, ordelijke en opportune”
terugtrekking. Hoe het ook zij, het is interessant vast te stellen
dat wij geen Westerse leiders meer horen die in koor “Assad
must go” roepen en
zelfs het machtige Amerika blijkbaar de verzwakte Syrische regering
niet naar zijn hand kan zetten.
Oekraïne
Een
aanval van de Nazi-junta
in Kiev op de Donbass bleef uit. Blijkbaar
heeft de waarschuwing van de Russische president Poetin dat zo’n
aanval “ernstige gevolgen zou hebben op het voortbestaan van
Oekraïne als staat” bij de machthebbers in Kiev indruk gemaakt.
Maar als we de woordvoerster
van het Russische
ministerie van Buitenlandse Zaken mogen geloven plant
Oekraïne een nieuwe
provocatie in Donbass. “Wij
houden rekening met een geënsceneerde chemische aanval om de
vijandelijkheden aan te wakkeren en hebben internationale
waarnemers opgeroepen”, aldus
Maria Zakharova.
Intussen
konden de
rechts-extremistische neo-nazi
milities, die ijskoud de symbolen en ideologie voeren uit de dertiger
en veertiger jaren uit de vorige eeuw, ongehinderd hun gang gaan.
Voor de talloze mensenrechtenschendingen op de bevolking in de
Donbass en West-Oekraïne hebben de Westerse media hoegenaamd geen
belangstelling. Het Westen noch Israel bekreunden zich over het
bericht in de Israelische krant Haaretz
dat wapens die Israel had geleverd aan Oekraïne bij ultrarechtse
milities zoals het Azov-bataljon terecht waren gekomen.
Iran
Trump
zegde de Iran-deal op en legde nieuwe sancties op. Iran’s
auto-industrie moest het ontgelden, net als de handel in goud en
andere edele metalen. Iran’s energiesector, scheepvaart,
verzekeringssector en centrale bank volgden. Nieuw waren de
dreigementen om bondgenoten en niet-bondgenoten sancties op te leggen
mochten die zaken met Iran willen doen. De meeste Westerse
investeerders trokken zich uit Iran terug. De bedoeling is duidelijk:
regime change.
Deze
maatregelen hebben ook geleid tot verslechterde relaties met de
Amerikaanse bondgenoten in Europa. De grote daarvan waren
medeondertekenaars van de Iran-deal, en hadden grote, deels reeds in
uitvoering zijnde investeringsplannen voor Iran. Europese
multinationals krijgen geen dispensatie. De VS dreigt hen af te
snijden van het Amerikaanse financieel systeem als ze toch zaken doen
met Iran.
Het
is vooral de Israel Lobby die aanstuurt op een Amerikaanse
militaire interventie in Iran. Na Irak, Syrië en Libië zou een
conflict met Iran het laatste item zijn in de Neocon agenda. De druk
op de ketel wordt steeds verder opgevoerd. Australië staat klaar om
toe te treden tot een Coalition of the Willing.
Veiligheidsadviseur John Bolton heeft allerlei plannen om sociale
onrust uit te lokken naar het model van Maidan/Kiev in Oekraïne. En
recent werd bekend dat Bolton opties voor een aanval op Iran had
laten onderzoeken naar aanleiding van een incident met
mortiergranaten in de buurt van de Amerikaanse ambassade in Bagdad.
Een
oorlog met Iran wordt een ander conflict dan dat met Irak, Syrië of
Libië. Iran zal keihard terugslaan, overal waar het de VS maar kan
raken. De Iraanse president Rohani zei daarover: “Vrede met Iran is
de moeder van alle vredes. Oorlog met Iran de moeder van alle
oorlogen”.
...
...
Labels:
Australië,
Europa,
Frankrijk,
Groot-Brittannië,
Internationale organisaties,
Irak,
Iran,
Israel,
Koreaans schiereiland,
Libië,
Oekraïne,
Rusland,
Saudi Arabië,
Syrië,
VS
dinsdag 12 juni 2018
F-35: Amerikaans exportsucces, of $1 biljoen verslindende mislukking?
U.S.
Air Force F-35A Lightning II Joint Strike Fighters from the 58th
Fighter Squadron, 33rd Fighter Wing, Eglin AFB, Fla. perform an
aerial refueling mission with a KC-135 Stratotanker from the 336th
Air Refueling Squadron from March ARB, Calif., May 14th, 2013 off the
coast of Northwest Florida.
Volgens het Amerikaanse zakenblad Forbes wordt de verkoop van de F-35 één van Amerika's grootste exportsuccessen. Naast de “partnerlanden” die participeren in de ontwikkeling hebben ook Israel, Japan en Zuid-Korea het toestel besteld. België, Finland, Duitsland, Singapore, Spanje, Zwitserland en de UAE zullen binnenkort volgen. Het toestel is gewoon een must voor elk land dat in coalitie met de VS wil opereren. Geen enkel ander toestel is zo onkwetsbaar, veelzijdig, economisch en zo naadloos passend bij de Amerikaanse luchtmacht, zo juicht Forbes.
In
ons land ontaardde het F-35-debat in een moddergevecht. De essentie
kwam echter niet aan bod: passen gevechtsvliegtuigen wel in een
modern defensiebeleid? Tegen welke vijand moeten we die inzetten? Hoe
verhouden zich de aantallen operationele gevechtsvliegtuigen in Oost
en West? Moet Europa niet veel meer inzetten op drones,
cyberdefensie, en andere verdedigingswapens, om maar niet te spreken
van diplomatie en een stop op het sponsoren van terreurgroepen? En
als het al gevechtsvliegtuigen moeten zijn, waarom moeten die
aanvalstaken zoals het afgooien van kernwapens kunnen uitvoeren?
Blijkbaar
hoort buurland Nederland tot de “partnerlanden” die al vroeg in
het F-35
project stapten. De
immer kostenbewuste
Nederlanders schroomden niet om druk
uit
te oefenen om het “goede voorbeeld” te volgen.
Intussen
wijzen de
specificaties waaraan het nieuwe gevechtsvliegtuig
moet voldoen in
het
Belgian
Defence Air Combat Capability Program regelrecht
richting
F-35.
De
Nederlandse luchtmachtgeneraal Alexander Schnitger vergeleek
ooit de veelzijdigheid van de F-35 met die van een Zwitsers zakmes.
Maar
volgens Lex
van Gunsteren, emeritus-hoogleraar
van
de Nederlandse Technische Universiteit Delft (TUD),
is
dat bezijden de werkelijkheid.
In
Quality
in Design and Execution of Engineering Practice,
een boek
dat hij samen met Jonathan
Barzilai en
Ruud
Binnekamp schreef,
wijst Van Gunsteren (p. 29-32) op de veelzijdigheidsvalkuil, het
gevaar van te grote veelzijdigheid binnen één productconcept. De
auteur geeft als voorbeeld de F-35. Omwille van het belang voor het
lopende F-35 debat laten we hieronder een samenvatting van dat deel
volgen.
De
veelzijdigheidsvalkuil
Kwaliteit
is geschiktheid voor het doel. Maar voor welk doel? Soms is het doel
onduidelijk of dubbelzinnig geformuleerd omdat kopers tegenstrijdige
doelen in hun hoofd hebben. Deze lieden lopen in wat we de
veelzijdigheidsvalkuil kunnen noemen. Een adequaat technisch ontwerp
is dan onmogelijk. Het inbouwen van overbodige toeters en bellen
leidt tot enorme geldverspilling, zoals in het F-35 project.
Als
technisch ontwerp is het $1 biljoen verslindende F-35-project een
totale mislukking. Het ontwerp verliest de meest essentiële
ontwerpbeperking uit het oog: gewicht. Het gewicht van een vliegtuig
moet worden gedragen door de lift van zijn vleugels.
De
JSF moet (1) ondersteuning aan grondtroepen kunnen geven, (2)
luchtgevechten voeren, en (3) langeafstandsbombardementen uitvoeren.
De eerste twee missies vereisen een manoeuvreerbaarheid die de JSF
niet kan leveren vanwege de ongunstige lift/gewichtsverhouding. Met
die drie missies moet de F-35 vier groepen belanghebbenden kunnen
dienen:
(1)
de luchtmacht, die het zoekt in luchtgevechten en bombardementen,
(2)
de marine, die moet kunnen opstijgen en landen op een vliegdekschip,
(4)
lieden die werkzekerheid zoeken.
Zo’n
cocktail aan missies en belangengroepen leidt tot twaalf
verschillende opdrachten. De veelzijdigheidsvalkuil ten voeten uit:
een vliegtuig dat het 2008-RAND-rapport ‘zowat nutteloos’ noemt,
omdat het ‘niet kan wenden, niet kan klimmen, niet kan versnellen’.
Pierre Sprey, die mee instond voor het ontwerp van de A10 en F16, zei
in 2008 al: “De F35 is een flop. Hij is te zwaar en heeft te weinig
vermogen, een serieuze stap terug in de stuwkracht/gewichtsverhouding
voor een nieuwe jager.
De
A en B varianten hebben een vleugelbelasting van 108 lb per vierkante
voet en zijn daarmee minder wendbaar dan de uiterst kwetsbare F-105
die boven Noord-Vietnam werd afgemaakt. Het laadvermogen is slechts
twee 2000 lb bommen. Met meer bommen verliest de F-35 zijn
stealth-eigenschappen. Voor luchtsteun is de F-35 te snel om de
tactische doelen te zien waarop het schiet. Het toestel is te
kwetsbaar voor grondbrand. Het is niet in staat om lang te blijven
rondhangen bij grondtroepen.
Een
stealth vliegtuig is, afhankelijk van het type radar en de
detectiehoek, wel degelijk zichbaar op radar. De uiterst complexe
elektronica om luchtdoelen aan te vallen gaat uit van
ultra-langeafstandsradar ondersteund luchtgevecht, wat in de
werkelijkheid meestal niet opgaat.
Nog
volgens Sprey zal
uit kostenoverwegingen bezuinigd worden op trainingsvluchten
tot slechts 10 uur per piloot,
een derde van wat na de
Vietnam-oorlog werd beschouwd als het
absolute minimum om simulatortraining
aan te vullen. Oorlogservaring leert dat
de piloot veel belangrijker is dan het vliegtuig. Volgens
Sprey is een
goede piloot in een inferieur
vliegtuig veel waardevoller dan een fenomenaal
vliegtuig met een slechte piloot.
Waarom
gaat men door met de ontwikkeling van een peperduur maar ‘zowat
nutteloos’ vliegtuig dat twee van de drie missies waarvoor het
bedoeld is niet kan waarmaken? Ik zie drie redenen waarom de
besluitvormers doof lijken voor de waarschuwingen van doorgewinterde
ontwerpingenieurs:
1. Een vliegtuig dat alle denkbare missies van alle belanghebbenden kan vervullen is buitengewoon aantrekkelijk. Voor niet-technisch onderlegde mensen is het niet evident dat zoiets onhaalbaar is.
1. Een vliegtuig dat alle denkbare missies van alle belanghebbenden kan vervullen is buitengewoon aantrekkelijk. Voor niet-technisch onderlegde mensen is het niet evident dat zoiets onhaalbaar is.
2.
Het begrip ‘verdoken
kosten’ is moeilijk te aanvaarden, vooral voor mensen die het
project aanvankelijk hebben goedgekeurd. Een
project opgeven waarin
aanzienlijk is geïnvesteerd is o zo
moeilijk. Dat geldt in het bedrijfsleven,
en de politiek zal het op dat vlak wel niet
beter doen.
3.
Te veel mensen hebben een persoonlijk belang bij de voortzetting van
het project. Naar
verluidt heeft Lockheed Martin, die
het leeuwenaandeel van de productie voor
zijn rekening neemt, zo’n $150
miljoen uitgegeven aan lobbyen en $20 miljoen aan budget
(earmarks)
terugontvangen. Dat is veel geld om stemmen
en ondersteuning te kopen, naast de steun die het project
al geniet van degenen wier baan op het spel
staat.
Hoe
vermijdt men de veelzijdigheidsvalkuil? Door opdrachtgevers duidelijk
te maken dat wat men eist gewoon onmogelijk is. Men moet geen
compromissen sluiten tussen tegenstrijdige doelen, maar in het pakket
schrappen. Men moet de moed opbrengen om superieuren deze lastige
boodschap te brengen als onderdeel van de beroepsethiek, net als een
arts die een patiënt moet vertellen dat hij terminaal ziek is.
Het
Federaal
Parlement
staat op het punt groen licht te geven aan een €15 miljard
verslindend nutteloos
project.
De
argumentatie van professor Van Gunsteren moet
tevoren minstens
in de commissie
Defensie aan de orde komen.
Dat
levert misschien meer op dan de druppelsgewijze onthulling van echte
of nepmails door de oppositie. Het
is onbegrijpelijk dat de s.pa over de visie van professor Van
Gunsteren wel heeft gepubliceerd,
maar daar blijkbaar verder niets mee heeft gedaan.
Dat
NV-A en Open
VLD
gewonnen zijn voor de F-35 staat vast, bij
CD&V moest ex-defensieminister Pieter De Crem, die naar
verluidt
NAVO-ambities koestert, blijkbaar
recent nog een duit in het zakje doen. De oppositie moet dus zijn
pijlen
richten op de
CD&V.
Labels:
België,
Duitsland,
Israel,
Japan,
Koreaans schiereiland,
Nederland,
Spanje,
UAE,
VS,
Zwitserland
Abonneren op:
Posts (Atom)