Dit alles duidt op voorbereiding op oorlog na de Amerikaanse presidentsverkiezing. Na het falen in Irak en Afghanistan zou men kunnen veronderstellen dat het Pentagon zich zou willen terugtrekken. Maar alles wijst erop dat juist het omgekeerde gebeurt. Er is een grote oorlog in de maak voor de controle over de rijke olievelden in het Midden-Oosten. Die oorlog moet de doorslag geven in de strijd om de wereldhegemonie. Bondgenoot Israel loopt zich al jaren warm. Nu Netanyahu erin is geslaagd oppositiepartij Kadima in zijn coalitie op te nemen beschikt hij met 94 van de 120 zetels in de Knesset over een ongekende meerderheid. [8] Kadima-leider Shaul Mofaz wordt vicepremier en Kadima-leden treden op als voorzitter van de regeringscommissies voor Defensie en Buitenlandse Zaken. De nieuwe regering van nationale eenheid bereidt volop het politieke speelveld voor op een militaire aanval op Iran. Hoogleraar en Ha’aretz militair analist Reuven Pedatzur trekt de conclusie dat “Netanyahu zijn gang [kan] gaan, er is geen echte oppositie meer. Al wat hij moet doen is Mofaz overtuigen.”
Volgens het defensieweekblad Jane’s zien veel waarnemers de nieuwe Israëlische regering als voorbereiding op een aanval op Iran waartoe het besluit mogelijk najaar 2012 valt. Met de opname van de in Iran geboren militair Mofaz, die zich steeds heeft uitgesproken tegen eenzijdig militair optreden tegen Iran, hoopt Netanyahu zijn geloofwaardige en luidruchtige critici binnen het leger en de geheime dienst het zwijgen op te leggen. Dat is van belang omdat Netanyahu overhoop ligt met de Amerikaanse president Obama, al was het alleen maar over de timing van zo’n aanval. Voor Obama moet elke actie worden uitgesteld tot na de verkiezingen van november. Nu peilingen wijzen op grote tegenstand van een Alleingang van Israel tegen Iran moet Mofaz elke beslissing van de Israëlische regering aan het publiek helpen verkopen.
Op 23 mei komt er in Bagdad dan wel een vervolg op de gesprekken van half april in Istanbul, maar de kans op een akkoord is uiterst gering. [9] Washington eist toegang voor IAEA-inspecteurs tot medewerkers en installaties. Dat leidt tot een eindeloos proces waarin Iran een negatief bewijs moet leveren. Het moet bewijzen dat er nergens in dit grote land activiteiten bestaan die iets te maken zouden kunnen hebben met kernwapens. Het IAEA eist toegang tot Parchin, een militair complex waar bijna tien jaar geleden hoogexplosief materiaal dat wordt toegepast voor kernwapens zou zijn uitgetest, een bewering die net als andere regelrecht uit de koker komt van buitenlandse geheime diensten, waarschijnlijk die van de VS en Israel. En volgens Associated Press eist Netanyahu dat Iran een eind maakt aan de verrijking van uranium (wat geen enkel internationaal verdrag verbiedt) en zijn installaties in Fordo sluit, eisen die Tehran al heeft verworpen. Als de gesprekken in Baghdad op niets uitlopen neemt de kans op een militair conflict op initiatief van Israel of de VS enorm toe.
Intussen probeert Iran om de nieuwe Amerikaanse en Europese sancties af te wenden die eind juni in werking treden en neerkomen op een blokkade van zijn olie-export. De Amerikaanse sancties straffen buitenlandse banken en ondernemingen die zaken doen met de Iraanse Centrale Bank. De afgelopen weken oefent de Amerikaanse minister van Buitenlandse Zaken Hillary Clinton druk op China en India uit om hun import van olie uit Iran aan banden te leggen. Maar of die druk effect heeft valt nog te bezien. Zo neemt The Hindu, de derde grootste Engelstalige krant in India, in een opiniestuk [10] geen blad voor de mond: “Voor de verandering stond Pakistan, of Afghanistan, of zelfs terrorisme niet bovenaan Clinton’s agenda, maar het Amerikaanse obsessieve verlangen om Iran - en iedereen die geen steun verleent aan zijn confronterende aanpak in de kwestie van het Iraanse kernprogramma - de duimschroeven aan te leggen. New Delhi wordt gevraagd zijn eigen economie en strategische belangen te ondermijnen … om mee te werken aan sancties die niet stoelen op het internationaal recht.”
In zijn verkiezingscampagne van 1992 omschreef Bill Clinton het Midden-Oosten als het oliecentrum van de planeet. Goedschiks of kwaadschiks, de VS, nog altijd de enige supermogendheid ter wereld, wil de absolute controle over die olierijkdom. Of de opbouw van de gigantische oorlogsmachine in de Perzische Golf enkel moet dienen als afschrikking om Iran op de knieën te krijgen en terug in de Amerikaanse invloedssfeer te brengen moet worden afgewacht. Maar de situatie is uiterst gevaarlijk. Een misverstand, een klein incident, al of niet uitgelokt, kan de lont in het kruitvat steken. Met rampzalige gevolgen voor Iran, de regio en de wereld.
[1] Geopolitiek in perspectief: “De strijd van de VS om de wereldhegemonie”
[9] Peter Symonds: “US intensifies confrontation with Iran”
[10] The Hindu: “Crude pressure”