dinsdag 6 november 2012

Obama of Romney: snijden in sociale zekerheid, meer geld naar militair-industrieel complex

    
Maintainers preflight a C-17 Globemaster III in the rain for a late morning flight at Stewart Air National Guard Base, N.Y., Oct. 19, 2012. (U.S. Air Force photo/Tech. Sgt. Michael OHalloran)

Vandaag worden in Amerika presidentsverkiezingen gehouden. Mitt Romney neemt het op tegen Barack Obama. De standpunten verschillen maar weinig. Obama is voorstander van stimulerende overheidsinvesteringen en wil hoge inkomens meer - en industriële ondernemingen minder - belasten. Romney wil de belastingverlagingen van Bush permanent maken, 25% belasting op alle ondernemingen, deregulering en inkrimping van de overheid. Obama wil de publieke gezondheidszorg uitbreiden, voor Romney moet de burger zich zelf maar verzekeren. Obama wil illegale immigranten legaliseren, Romney wil een rem op de toegang van illegalen tot het onderwijssysteem. Obama wil verhandelbare CO2-emissierechten en strenge regulering van olie- en gasboringen. Romney is tegen regulering en zweert bij technologie om milieuschade en de opwarming van de aarde te bestrijden. Anders dan Romney steunt Obama het homohuwelijk. Obama is ook positiever is over abortus.

Voor wat het buitenlands beleid betreft: Obama was als senator tegen de Irak-oorlog, maar als president plaatste hij de troepen daar probleemloos over naar Afghanistan en de grens met Iran. Romney wil een blijvende militaire aanwezigheid in Irak. Obama probeerde na zijn aantreden een diplomatieke doorbraak met Iran te forceren, maar viel al snel terug op sancties en de militaire optie. Romney wil de economische sancties tegen Iran, die sommige waarnemers bestempelen als regelrechte oorlogsdaden, nog verder verscherpen. Beide kandidaten zijn bereid militaire middelen in te zetten om Amerikaanse belangen vooruit te helpen. Nobel-laureaat voor de vrede Obama zag er geen probleem in om de oorlog in Afghanistan te verleggen naar Pakistan. Wie het ook wordt, de nieuwe president wordt de topman van een wereldimperium dat zich het recht toe-eigent om met geweld de wereld zijn “leiderschap” op de leggen.
 
Onder welke president dan ook, het Amerikaanse imperium is een systeem dat wordt gestuurd door de belangen van grote ondernemingen en het Pentagon. Spijtig genoeg stemt het Amerikaanse electoraat, van wie de helft nog niet komt opdagen, vooral op basis van binnenlandse onderwerpen. Weinigen liggen wakker over de vraag hoe hun overheid het geduchte militaire apparaat in de wereld inzet. En ook over de omvang van dat militair apparaat en de impact daarvan op de overheidsbegroting stellen maar weinig kiezers zich vragen. Defensie is de grootste post op de Amerikaanse federale begroting. Het budget, dat niet onderworpen is aan accountantscontrole en niet beantwoordt aan de zo gekoesterde vrije markt principes, is de afgelopen 10 jaar met 67% gegroeid. Het Pentagon kent geen business plan dat democratisch tegen het licht kan worden gehouden. Het rakettenschild krijgt probleemloos miljarden dollars toegewezen, maar oorlogsveteranen krijgen geen serieuze gezondheidszorg.
 
In het kader van de War on Terror wordt een nooit geziene oorlogsmachine in stand gehouden, sterker nog, voortdurend vergroot, die ironisch genoeg de problemen van vandaag niet kan oplossen. Amerika heeft het roer niet omgegooid na de implosie van de Sovjet-Unie. Voor het bestrijden van terror heeft men subtielere middelen nodig. Van het Amerikaanse optreden in landen als Irak, Afghanistan, Jemen, Somalië en Libië kan men leren dat het vooral aankomt op economische ontwikkeling en degelijk bestuur, zaken die vooral op de weg liggen van locale burgers en het maatschappelijk middenveld. De inzet van Amerikaanse uniformen en wapens moet tot het minimum worden herleid. Maar ondanks Vietnam, Irak en Afghanistan lijken de VS geen lessen te trekken uit hun militaire mislukkingen. Het Amerikaanse imperiale systeem is in verval. Dat proces wordt versneld omdat het zijn doel in de War on Terror voorbijstreeft, ten koste van schatkist en mensenlevens.
 
In 2011 bedroegen de totale militaire uitgaven van de VS naar schatting $1,2 biljoen, 8,0% van het BNP. Daarvan is 60% ingeschreven op de defensiebegroting. Zoals uit de onderstaande tabel blijkt spreekt men naar buiten toe over “slechts” $711,4 miljard (4,7% van het BNP) in 2011. De totale militaire uitgaven van de VS zijn groter dan die van de rest van de wereld bij elkaar. De 26 Europese NAVO-bondgenoten besteden in totaal “slechts” $303 miljard, maar moeten, anders dan de VS, geen omvangrijke mondiale militaire aanwezigheid financieren uit hun defensiebegroting. De NAVO-bondgenoten en -partners (excl. Rusland, en enkel de partners die individueel meer besteden dan $200 miljoen) brengen gecombineerd een oorlogsmachine van $1,3 biljoen op de been, 75% van het wereldtotaal. Daarbij vallen de militaire uitgaven van het opkomende China ($142,9 miljard) in het niet, net als die van Rusland ($71,9 miljard) en “schurkenstaten” Iran ($7,5 miljard) en Noord-Korea ($7,0 miljard). 
Military expenditure of major world powers & groups of world powers
 
(2011; in US$bn)
NATO member countries
1.039,1
100%
59,9%
of which USA
711,4
68%
of which all 26 European members combined
303,0
29%
of which UK
62,5
6%
of which France
46,7
4%
of which Germany
34,5
3%
NATO partners (Euro Atlantic Partnership Council), except Russia
4,7
0,3%
other US allies spending >200m in 2011
263,6
15,2%
Total US and allies
1.307,4
75,4%
Brics
304,1
17,5%
of which China
142,9
8,2%
of which Russia
71,9
4,1%
Countries challenging the US, or challenged by the US
27,1
1,6%
of which Iran
7,5
0,4%
North Korea (estimate*)
7,0
0,4%
of which Syria
2,5
0,1%
of which Cuba (estimate*)
0,0
0,0%
Other (non-alligned) countries spending >200m in 2011
47,0
2,7%
World total
1.735,0
100,0%
source: SIPRI military expenditure database (2011)
*) N.Korea estimate by US Dept. of State, Cuba estimate by NationMaster.Com

In zijn campagne heeft Mitt Romney ongegeneerd gepleit voor het verder opvoeren van de militaire uitgaven van de VS en het stationeren van nog meer Amerikaanse troepen overal ter wereld. Voor Romney mag voor tientallen miljarden dollars gesneden worden in de sociale zekerheid, als het budget voor het militair-industrieel complex maar blijft groeien. Maar op dit vlak denkt Obama er niet veel anders over. Beide kandidaten gaan voorbij aan de boodschap van president Eisenhower bij zijn afscheid in 1961 aan de Amerikaanse bevolking, maar ook aan de wereld, boodschap die nog niets aan actualiteit heeft ingeboet. Hieronder enkele citaten:
 
“In the councils of government, we must guard against the acquisition of unwarranted influence, whether sought or unsought, by the military-industrial complex. The potential for the disastrous rise of misplaced power exists and will persist.

We must never let the weight of this combination endanger our liberties or democratic processes. We should take nothing for granted. Only an alert and knowledgeable citizenry can compel the proper meshing of the huge industrial and military machinery of defense with our peaceful methods and goals, so that security and liberty may prosper together.”

“As we peer into society's future, we – you and I, and our government – must avoid the impulse to live only for today, plundering for, for our own ease and convenience, the precious resources of tomorrow.”

“Down the long lane of the history yet to be written America knows that this world of ours, ever growing smaller, must avoid becoming a community of dreadful fear and hate, and be, instead, a proud confederation of mutual trust and respect.

Such a confederation must be one of equals. The weakest must come to the conference table with the same confidence as do we, protected as we are by our moral, economic, and military strength. That table, though scarred by many past frustrations, cannot be abandoned for the certain agony of the battlefield.

Disarmament, with mutual honor and confidence, is a continuing imperative. Together we must learn how to compose differences, not with arms, but with intellect and decent purpose. Because this need is so sharp and apparent I confess that I lay down my official responsibilities in this field with a definite sense of disappointment.”

Bij de Amerikaanse stembusgang vandaag is het kiezen tussen de pest en de cholera. Tussen een zittende president die drones inzet om zonder enige vorm van proces Amerikaanse en andere burgers te executeren, en een uitdager die dat recht evenzeer claimt. Tussen Obama die opkomende wereldmacht China en regionale grootmacht Iran militair bedreigt, in het binnenland zijn politieke kapitaal verspeelde en een belastingverhoging voor de superrijken niet meer kon doordrukken, en Romney, die ongegeneerd opkomt voor het militair-industrieel complex en 47% van de Amerikaanse bevolking wegzet als profiteurs. En nu maar hopen dat er vandaag een overtuigende winnaar uit de bus komt, anders dan Bush vs Gore in 2000, toen de uitslag door het Hooggerechtshof werd beslist en de kandidaat die de popular vote met meer dan een half miljoen stemmen had verloren het tot president bracht. God bless the United States of America, and God bless the rest of the world too.