vrijdag 25 mei 2018

Het chaotische Amerikaanse buitenlands beleid



Deel 3: De a
utomobielsector


In mei liet Trump een inderzoek instellen naar de mate waarin de auto-import een bedreiging vormt voor de Amerikaanse nationale veiligheid. Eerder zei hij dat de technologische vooruitgang in China een bedreiging vormt voor de Amerikaanse economische en militaire overmacht.

Maar Toyota betwist deze uitleg: “Gegeven het wereldwijde profiel van de auto-industrie en het feit dat de VS in 2017 zowat 12 miljoen auto’s produceerde is zo’n uitspraak onaannemelijk.”

Het onderzoek kan leiden tot invoerheffingen van 25%, een lelijke streep door de rekening van Amerikaanse bondgenoten als Japan, Mexico, Canada, Zuid-Korea en Duitsland.

In 2017 voerde de VS 8 miljoen auto’s en lichte vrachtwagens in, ter waarde van $192 miljard. Ruim de helft komt uit Mexico en Canada, landen waar de VS het NAFTA handelsakkoord mee heronderhandelt.

De dreigende invoerheffing lijkt dus een pressiemiddel om extra concessies af te dwingen.

Voor de EU is er geen enkele grond voor heffingen op staal en aluminium, en al helemaal niet op de auto-import. De Duitse werkgeversorganisatie liet weten dat zo’n maatregel zowat een provocatie is waarmee de VS nog verder afstand neemt van vrije handel.

Het onderzoek stuit ook op binnenlands verzet. Maar dat verliest uit het oog dat het handelsbeleid steeds vaker een krachtmeting met rivalen wordt waarin militaire competentie zowel
industrieel en technologisch centraal staat.

Het chaotische Amerikaanse buitenlands beleid



Deel 2: De VS, Israel en het Israel-Palestina conflict


Sinds 2006 houdt Israel de Gaza-strook in een wurggreep en schiet het op Palestijnen die zich in de bufferzone van enkele honderden meters wagen. De VN zegt dat de strook onleefbaar is. Op 30 maart ging “De grote terugkeermars” van start. Het protest werd geduid als een Hamas-actie. Maar in werkelijkheid had een groep maatschappelijke organisaties, samen een brede afspiegeling van de bevolking, de mars op touw gezet.

De mars bereikte zijn hoogtepunt op 14 mei, dag waarop de VS zijn ambassade naar Jeruzalem verhuisde, en 15 mei, de 70
e verjaardag van de Nakba. Terwijl in Jeruzalem Witte Huis medewerkers het glas hieven op de verhuis vuurden Israelische scherpschutters op 1.350 ongewapende Palestijnse demonstranten in Gaza. Onbewogen, systematisch, precies, en dodelijk. Sinds het begin van de protesten zijn zo 112 Palestijnen omgebracht en meer dan 13.000 gewond.

De erkenning van Jeruzalem als hoofdstad van Israel leek een eerste stap in Trump’s “deal van de eeuw”, maar voor Israel noch de VS kan van een recht op terugkeer sprake zijn, en al evenmin van Oost-Jeruzalem als Palestijnse hoofdstad.

De situatie in Gaza is echter onhoudbaar. Blijkbaar was de slachting nog niet groot genoeg om de wereld tot actie aan te zetten.

In zijn Cairo toespraak van 4 juni 2009 zei president Obama nog: “… the Palestinian people ... endure the daily humiliations - large and small - that come with occupation. So let there be no doubt: the situation for the Palestinian people is intolerable.”

Elke tweestatenoplossing voor het Israel-Palestine conflict is door de Israelische feiten op de grond ingehaald. Wat enkel nog kan en moet is een situatie waarin Palestijnen en Israeliërs gelijke rechten hebben en de mensenrechten jegens de Palestijnse bevolking worden gerespecteerd. Maar van verzoening kan geen sprake zijn zolang het politiek-messiaanse instinct ingebakken zit in het politieke bewustzijn van Israel.

Daar kan aan gewerkt worden, rechtstreeks naar de bevolking. Met een massieve
en aangehouden communicatiecampagne.

Dit is niet enkel een verantwoordelijkheid van de VS, maar ook en misschien wel vooral van Europa. Dat kan zich niet blijvend verschuilen achter de schaamte over de Holocaust om Israel de hand boven het hoofd te houden.

Het chaotische Amerikaanse buitenlands beleid


Deel 1: Iran en het Europese dilemma


Trump stapt uit de nucleaire deal en kondigt ‘verlammende sancties’ aan. Dat is niet slim. Hij had Iran ook aanvullende eisen kunnen stellen. Nu de deal in 2015 is omgezet in VN-veiligheidsraad-resolutie 2231 is de eenzijdige uitstap een serieuze inbreuk. Elk lid is onder art. 25 van het Handvest verplicht de besluiten uit te voeren. De in de preambule vermelde wens van de Veiligheidsraad is duidelijk: de internationale gemeenschap gaat een nieuwe verhouding aan met Iran. Dat de VS wegkomt met de uitstap doet geen goed aan wat nog rest aan geloofwaardigheid van het machtigste land ter wereld.

Vervolgens laat de ‘dealmaker-in-chief’ kersvers buitenlandminister Pompeo een pakket onmogelijk te realiseren eisen stellen om Iran in het gareel te krijgen. Dat is geen sterk staaltje diplomatie, maar aansturen op oorlog. Met bondgenoten Israël, Saoedi-Arabië en de Verenigde Arabische Emiraten vormt de VS een as van agressie die de stabiliteit van de regio in gevaar brengt, met mogelijk ernstige gevolgen voor de rest van de wereld.

Schade aan de bondgenoten

Het eenzijdige uittreden schoffeert niet enkel mede-initiatiefnemers Europa, Rusland en China, maar brengt deze ook schade toe nu de nieuwe sancties gekoppeld zijn aan extraterritorialiteit. Firma’s uit deze landen die zaken doen met Iran kunnen ‘gestraft’ worden via hun activiteiten in de VS. Vooral Europa is kwetsbaar. Het heeft geen geloofwaardige middelen om het bedrijfsleven te beschermen tegen de Amerikaanse economische agressie. Mastodonten als Renault, Airbus, Total, Allianz, Siemens en Shell hebben de boodschap begrepen en aangekondigd hun zaken met Iran te zullen afbouwen.

Volgens David Criekemans, docent buitenlands beleid Universiteit Antwerpen, staat Europa voor een verscheurende keuze. Maar verder dan de vraag “hoe de hernieuwde band met Iran overeind houden zonder Saoedi-Arabië te verliezen” komt Criekemans niet. De Britse historicus John Laughland moet lachen met Frans protest als “we worden gechanteerd”. De legitimiteit van de EU steunt op het geloof dat het tijdperk van geweld in internationale betrekkingen voorbij is, de EU een nieuw systeem van regels en afspraken waarborgt en elk ander systeem tot oorlog leidt, aldus Laughland.

EU in de houdgreep

Volgens Laughland heeft Europa geen keus. De EU-grondwet onderwerpt de Unie aan de NAVO, dat gedomineerd wordt door de VS. Alleen een uitstap uit de EU kan een lidstaat bevrijden van de Amerikaanse hegemonie. Europese leiders hebben hun bruggen met andere partners opgeblazen door Russische diplomaten het land uit te wijzen. Bovendien legt de EU zelf ook sancties op aan Russische firma’s en aan Syrië. Tenslotte proberen de Britten en Fransen, medeondertekenaars van de Iran-deal, al vele jaren een regeringswissel in Syrië te bewerkstelligen. Hoe kunnen ze dan protesteren tegen acties van de VS gericht op een regeringswissel in Iran, zo vraagt Laughland zich af.

De EU zit niet enkel in de Amerikaanse houdgreep, de Unie kent ook grote interne verdeeldheid. Het bemoeit zich met binnenlandse aangelegenheden van Polen en Hongarije, worstelt met het verlies van een van zijn belangrijkste leden en ziet een nieuwe regering in Italië aantreden die een economisch beleid voorstaat dat het land op ramkoers legt met Europese begrotingsregels en aanstuurt op opheffing van de sancties tegen Rusland.

De gevolgen voor Iran

Tenslotte de vraag wat Trump’s beslissing voor Iran betekent. Het land wijst op verschillenden opties, waaronder hervatting van uraniumverrijking naar 20% indien Europa zijn aandeel in de deal niet waarmaakt. Dat gaat boven de 5% die nodig is voor kerncentrales, maar beneden de 80-90% nodig voor kernwapens. De Iraanse regering staat onder druk van haviken die erop hameren dat het land zijn nucleaire hegemonie heeft verkwanseld zonder te kunnen profiteren van de in het vooruitzicht gestelde economische baten nu de VS zijn eenzijdige sancties gedeeltelijk heeft gehandhaafd.

De EU broedt op plannen. Zo kan het Iraanse olieleveringen afrekenen in Euro’s in plaats van dollars. Maar het lijkt weinig waarschijnlijk dat Europese firma’s bescherming krijgen tegen sancties van de VS omwille van hun zaken met Iran. Met een markt van $400 miljard kan Iran niet in de schaduw staan van de Amerikaanse markt van $18 biljoen.

Nu het aan Amerikaanse of Europese financiering zal ontbreken kan men erop rekenen dat China in het gat springt. De Chinese renminbi werd al gebruikt om Iraanse projecten te financieren, en niet enkel door Chinese banken. Trekken Europese bedrijven zich terug uit Iran, dan staat de deur wagenwijd open voor Chinese firma’s die geen of weinig zaken doen in de VS. China is de lachende derde als Total zich terugtrekt uit het uitbreidingsproject van het South Pars gasveld ter waarde van $4,8 miljard.

De EU staat voor een dilemma

Alsof hij Europa nog eens extra wilde kleineren liet Trump zijn onderminister voor energie een verklaring afleggen die neerkomt op een dreigement om Europa sancties op te leggen als het groen licht geeft voor de afwerking van Nord Stream 2, het pijplijnproject dat Russisch aardgas moet aanvoeren naar de EU via de Baltische zee. Blijkbaar moet Europa in het kader van ‘America first’ duurder Amerikaans (vloeibaar) aardgas aankopen. Of Europa in staat is de rijen te sluiten en zich unaniem te verzetten tegen het Amerikaanse dictaat is de vraag. De EU staat inderdaad voor een dilemma.

Europa wordt medeslachtoffer van Amerikaanse strafmaatregelen. De uitdaging is om komaf te maken met het sancties-tegensancties gehannes en een eigen beleid uit te stippelen over Iran, Rusland, defensie en tal van andere zaken die Europese belangen moeten veiligstellen, niet Amerikaanse. Of Europa zich kan losmaken van de verstikkende transatlantische relatie blijft de vraag. Zo’n streven zou wel eens vergaande gevolgen kunnen hebben voor de Europese Unie zoals we die vandaag kennen.