dinsdag 30 juli 2013

Het Israel-Palestina overleg: optreden voor de publieke tribune



 
Op 18 januari 2013 valt een Israëlische soldaat een Palestijnse activist aan tijdens de wekelijkse demonstratie tegen
de Israëlische muur in het Palestijnse dorp al-Maasara op de Westelijke Jordaanoever. Als de muur er volgens plan
komt zou die de bewoners afsnijden van hun akkers. (foto: Ryan Rodrick Beiler / ActiveStills)

“Geen voorwaarden vooraf, geen bouwstop op de Westelijke Jordaanoever en geen vrijlating van gevangenen voor de gesprekken beginnen. En ik heb me niet vastgelegd op de grenzen van 1967.” Dat vertelde een triomfantelijke premier Netanyahu zijn ministers op 20 juli, nadat de Amerikaanse buitenlandminister John Kerry had aangekondigd dat Israel en Palestina opnieuw aan tafel gaan. Dat overleg gaat vandaag in Washington van start. De Israëlische delegatie wordt aangevoerd door minister Tzipi Livni van Justitie. De Palestijnen worden vertegenwoordigd door Saeb Erekat, de omstreden onderhandelaar die uit de Palestina Papers naar voren komt als iemand die veel te vergaande concessies op tafel legde maar geen enkel gehoor vond bij zijn Israëlische tegenstrevers. Het is moeilijk in te zien welke nieuwe elementen sinds de vorige mislukte onderhandelingsronde van 2010 tot succes kunnen leiden.

De traditionele Westerse pers reageerde positief op het nieuws. In België namen de media kritiekloos het bericht van Belga over dat spreekt over een akkoord om de vredesgesprekken te hervatten. Maar in werkelijkheid zijn partijen slechts overeengekomen te onderhandelen over procedurele aangelegenheden rondom een eventuele hervatting van echte onderhandelingen. Volgens Belga moet het akkoord wel nog “geformaliseerd” worden, maar de pers plaatst daar geen enkele kanttekening bij. In Nederland doet NRC-correspondente Leonie van Nierop in een commentaar dat wel. Een niet-geformaliseerd principe-akkoord kun je geen doorbraak noemen. Er mogen dan binnenkort onderhandelingen plaatsvinden, het blijft de vraag of die succes opleveren, aldus Van Nierop.

Terugkijkend op een al twintig jaar vruchteloos voortslepend “vredesproces” en gegeven de manier waarop betrokkenen zich de afgelopen tijd opstellen kan men de hervatting daarvan enkel met de nodige scepsis bekijken. Israel staat onder geen enkele druk om concessies te doen. Het praat enkel met Mahmoud Abbas, maar namens wie spreekt die eigenlijk? Sinds begin 2006 heeft Abbas geen enkel electoraal mandaat meer. Niet enkel praat het democratisch verkozen maar verketterde Hamas, dat de 1,6 miljoen Palestijnen in Gaza bestuurt, niet mee. Maar ook grote groepen Palestijnen op de Westelijke Jordaanoever zijn niet akkoord met de hervatting van vrijblijvende gesprekken onder leiding van Washington, dat men absoluut niet als “honest broker” beschouwt. Twintig jaar “onderhandelen” heeft de bezetter enkel de gelegenheid gegeven zijn sluipende expansie verder te zetten, en het verdeel-en-heers spelletje met de Palestijnen te blijven opvoeren.

De hervatting van de gesprekken is vooral een middel voor Israel en de VS om hun gezicht te redden. Kerry heeft Abbas, die de afgelopen jaren steeds het opschorten van de illegale bouw van nederzettingen in bezet Palestijns gebied als voorwaarde heeft gesteld, onder zware druk gezet. Daarbij slaagde hij erin de Arabische Liga voor zijn karretje te spannen (“the Arab League … made an important difference with their statement of support”) waardoor Abbas gewoon voor een voldongen feit stond. Bovendien werd Abbas er nog eens ondubbelzinnig aan herinnerd dat hij en zijn “regering” door de VS worden gefinancierd. Het zijn dus opnieuw de Palestijnen die hebben moeten inbinden. Israel zegt wel de gesprekken in te gaan zonder voorwaarden vooraf, maar men kan het ongebreideld mogen voortzetten van de bouw in Palestijns gebied toch enkel zien als een Israëlische voorwaarde vooraf.

Aan het Israëlische “gebaar van goede wil” om gevangenen los te laten moet men weinig waarde hechten: dat gebeurt maar mondjesmaat en in functie van de mate waarin de onderhandelingen vorderen, waarbij Israel natuurlijk alle troeven in handen heeft. In het verleden is gebleken dat zo’n vrijlating al bij herhaling gevolgd werd door het oppakken van gelijke aantallen Palestijnen, waaronder sommige van de betrokken. En aan de internationale Boycot, Desinvestering en Sanctie-campagne (BDS) heeft Israel geen boodschap. Op de Europese BDS-maatregel die wetenschappelijke en financiële samenwerking met Israëlische instellingen met banden met de illegale Joodse nederzettingen op de Westelijke Jordaanoever blokkeert volgde ijskoud een strafmaatregel: EU-diplomaten en medewerkers van hulporganisaties mogen niet langer vanuit Israël de Gazastrook in- en uit. Een maatregel die regelrecht de in Gaza gegijzelde Palestijnse bevolking treft.

Met het hervatten van de gesprekken probeert Amerika zijn blazoen in de moslimwereld op te poetsen. Het imago van de enig overgebleven supermogendheid staat de afgelopen jaren sterk onder druk: de omvangrijke militaire, financiële en diplomatieke steun aan Israel, de verloren “oorlog uit noodzaak” in Afghanistan, de illegale Irak-oorlog, het verboden want kankerverwekkend gebruik van munitie met verarmd uranium in Irak, de elf jaar aanslepende wrede detentie van gevangenen in Guantanamo Bay zonder tenlastelegging of proces, de folterpraktijken waaronder waterboarden, de illegale omverwerping van Gadaffi in Libië, de steun aan buitenlandse gewapende inmenging in Syrië met vandaag 100.000 doden, de samenwerking met autocratisch bestuurde sjeikdommen als Saudi Arabië en de Golfstaten, de droneaanslagen met de handtekening van Obama, de manier waarop Washington omgaat met klokkenluiders als Bradley Manning en Edward Snowden, de cyberoorlog tegen Iran, en ga zo maar door.

Wat moeten we verwachten van de zoveelste gespreksronde tussen Israëli’s en Palestijnen? Men moet vooral vrezen voor het perverse effect van het “vredesproces”. Dat gaat steevast gepaard met toenemende mensenrechtenschendingen. “Tijdens dergelijke gesprekken komt Israel zowat met alles weg: confiscatie van Palestijnse gronden, uitbreiding van nederzettingen, zelfs de operatie Cast Lead[1] vond plaats tijdens lopende onderhandelingen”, aldus de Israëlische mensenrechtenadvocaat Michael Sfard. En de verklaring van premier Netanyahu na het nieuws over het vlottrekken van het “vredesproces” laat aan duidelijkheid niets te wensen over. De gesprekken moeten “het ontstaan van een binationale staat die de toekomst van de Joodse staat zou bedreigen, of een nieuwe, door Iran gesponsorde terreurstaat aan onze grens, die ons evenzeer zou bedreigen, voorkomen”. Geen woord over een leefbare Palestijnse staat op basis van de grenzen van 1967, geen greintje empathie voor de onderdrukte Palestijnen.

De Palestijnse delegatie zal hooguit extra economische steun uit de brand slepen. Daarmee kunnen de Palestijnse leiders misschien nog wat langer aan de macht blijven. Maar de Palestijnse bevolking ziet een echte oplossing voor hun dagelijkse ellende[2] enkel in een internationalisering van het conflict: de internationale gemeenschap moet Israel ter verantwoording roepen voor de voortsdurende schendingen van de mensenrechten en het internationaal recht. De Palestijnen wantrouwen hun leiders, die vooral de veiligheid van Israel garanderen. Zo beschermen Palestijnse ordediensten de Israëlische kolonisten, die zelf al bewapend zijn, tegen Palestijns verzet. Maar het Midden-Oosten kwartet (VS, EU, Rusland en VN), dat voor de internationalisering van het conflict zou kunnen zorgen, doet niet meer mee. Dat wordt nog altijd geleid door de vroegere Britse premier Tony Blair, met wie Nobelprijswinnaar aartsbisschop Desmond Tutu niet op één podium wil. “Dit is een oorlogsmisdadiger die moet worden aangeklaagd bij het Internationaal Strafhof in Den Haag wegens de invasie van Irak”, aldus Tutu.

Washington, dat in het verleden telkenmale blijk gaf van partijdigheid, heeft dus het laken naar zich toe getrokken, en dat voorspelt weinig goeds. Net als de afgelopen twintig jaar zullen de gesprekken gericht zijn op conflictbeheersing, maar geen echte oplossing bieden. In 1992 woonden er 200.000 kolonisten op Palestijns gebied, vandaag zijn dat er al 600.000. Een tweestatenoplossing is niet meer mogelijk. De Westelijke Jordaanoever bestaat vandaag uit losse Palestijnse “Bantustans” waar men met de beste wil van de wereld geen leefbare Palestijnse staat uit kan smeden. Alles op het terrein duidt erop dat Israel op de Westelijke Jordaanoever wil blijven. Het bouwt niet enkel koortsachtig voort aan de nederzettingen, maar ook aan infrastructuurwerken als snelwegen en spoorlijnen die enkel voor Israeli’s toegankelijk zijn.

De oplossing is dus gelegen in de door Netanyahu zo gevreesde binationale staat: één land voor Israëli’s en Palestijnen, met gelijke rechten. De Palestijnen zitten niet te wachten op een “eigen” ministaatje onder streng toezicht van Israel. Het fundamentele probleem is dat de Palestijnen onderworpen zijn aan een koloniale bezetter die hen als inferieur beschouwt. Zelfs de Palestijnen in Israel, die over volledige burgerrechten zouden moeten beschikken, staan bloot aan hetzelfde racisme en dezelfde discriminatoire wetten. Of Netanyahu ooit de kolonisten kan opdragen de nederzettingen aan Palestijnen over dragen is uiterst twijfelachtig: er zitten prominente kolonisten in zijn kabinet. Maar toch zal er iets grondig moeten veranderen. De Europese boycot moet versterkt worden voortgezet. Israel moet worden gedwongen mensenrechtennormen en internationaal recht te respecteren.

De Amerikaanse buitenlandminister John Kerry heeft verklaard dat de gesprekken binnen 18 maanden tot een Palestijnse staat moeten kunnen leiden. Waarom zou hij partijen dan niet een deadline opleggen en bij uitblijven van zo’n oplossing aankondigen dat de VS dan alternatieve oplossingen zal steunen? De werkelijkheid is dat Kerry samen met Netanyahu optreedt voor de publieke tribune. Een serieuze conflictbemiddelaar zou pas in gang schieten na een bouwstop op de Westelijke Jordaanoever en als de Palestijnen in één delegatie kunnen optreden. Hij had Israel dus onder druk moeten zetten, en Fatah en Hamas, die Israel al zoveel jaren tegen elkaar opzet, verenigen. Net als alle vorige pogingen wordt deze ronde dus weer een maat voor niets.


[1] Israëlische militaire operatie tegen Gaza in 2008/2009, waarbij 1.300 Palestijnse doden vielen, in meerderheid burgers
[2] Citaat uit Obama’s Cairo-toespraak op 4 juni 2009: They endure the daily humiliations – large and small – that come with occupation. So let there be no doubt: the situation for the Palestinian people is intolerable. America will not turn our backs on the legitimate Palestinian aspiration for dignity, opportunity, and a state of their own.”